kerstquiz PSL
1 / 28
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Pasen
Kerst
Goede vrijdag
Slide 3 - Sleepvraag
Wat wordt het meest gegeten met kerst?
1
2
3
4
Gourmetten
Gevulde kalkoen
Een soesjes taart
Een kerstham
Slide 4 - Sleepvraag
Wat betekent de Spaanse tekst in het volgende kerst liedje?
Geniet van de kerstmaaltijden
Het was een mooi jaar
Vrolijk kerstfeest en een gelukkig nieuwjaar
Vrolijk Pasen
Slide 5 - Sleepvraag
Nederlands: zinsopbouw
Met Kerst
we
veel lekkere dingen
eten
altijd
Slide 6 - Sleepvraag
Slide 7 - Sleepvraag
Wie was de bekendste zanger van Wham! - bekend van Last christmas?
A
Robbie Williams
B
Freddy Mercury
C
George Michael
D
Michael Jackson
Slide 8 - Quizvraag
Slide 9 - Video
Wat wordt er vertaald door de doventolk?
A
Geen vuurwerk deze jaarwisseling!
B
Geen alcohol deze jaarwisseling!
C
Feesten en knuffelen mag niet!
Slide 10 - Quizvraag
Het was kerstochtend ...
A
1951
B
1961
C
1971
D
1981
Slide 11 - Quizvraag
What is the opening to "Let it snow"
A
The fire is so delightful
B
Oh the weather outside is frightful.
C
Since there's no place to go
D
Let it snow, let it snow, let it snowwwww
Slide 12 - Quizvraag
Wat voor soort helpers heeft de kerstman?
A
Kerst engelen
B
Kerst herten
C
Kerst kikkers
D
Kerst elfjes
Slide 13 - Quizvraag
Wat is een typisch kerstgerecht in Duitsland?
A
Kerst-aardappelen
B
Kerst-rundsvlees
C
Kerst-gans
D
Kerst-groeten
Slide 14 - Quizvraag
Hoe heet het als er sneeuw ligt met Kerst?
A
Een grijze kerst
B
Een witte kerst
C
Een mooie kerst
D
Een koude kerst
Slide 15 - Quizvraag
Wanneer begint de adventperiode?
A
2 weken voor kerst
B
3 weken voor kerst
C
4 weken voor kerst
D
5 dagen voor kerst
Slide 16 - Quizvraag
Hoe zeg je ‘fijne kerst’ in het Engels?
A
Mirry Christmas
B
Merry Christmas
C
Merry Kerst
D
Hohoho Kerst
Slide 17 - Quizvraag
Hoe zeg je ‘Fijne Kerst allemaal’ in straattaal?
A
Yo! Hoho! you bitches
B
Fijne kerst peepz
C
Happy Christmazzzz
D
Fijne kerst a niffauws
Slide 18 - Quizvraag
Waar wordt het kindje Jezus geboren met Kerst?
A
in de stal
B
in de kerk
C
in het huis
D
in de kerstboom
Slide 19 - Quizvraag
Wanneer is het kerstavond?
A
de avond voor kerst
B
de avond van eerste kerstdag
C
de avond van tweede kerstdag
D
precies een week voor kerst
Slide 20 - Quizvraag
Wie wenst hier iedereen een fantastische kerst?
A
mevrouw de Groot
B
Mevrouw van Gronden
C
Mevrouw Egberts
D
Mevrouw Peters
Slide 21 - Quizvraag
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Heb je zin aan de kerstvakantie?
Heb je voor nu nog vragen?
Heb je voor nu nog vragen?
Slide 25 - Open vraag
Slide 26 - Tekstslide
Ik wens je een hele fijne vakantie toe!
