Week 19 Final Exam Preparation

Week 19 Final Exam Preparation
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3,4

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Week 19 Final Exam Preparation

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Wat betekent:
to amaze
A
verbazen
B
verbazingwekkend
C
verblinden
D
richten op

Slide 3 - Quizvraag

Wat betekent:
to avoid?
A
bepalen
B
aantrekken
C
vermijden/ontwijken
D
beweren

Slide 4 - Quizvraag

Wat betekent:
to blame (for)

A
vermengen
B
de schuld geven aan
C
ademen
D
zich vervelen

Slide 5 - Quizvraag

Wat betekent:
crucial?
A
essentieel
B
cursus
C
huidig
D
kern

Slide 6 - Quizvraag

Wat betekent:
determined?
A
rampzalig
B
vastbesloten
C
teleurstellen
D
ontdekken

Slide 7 - Quizvraag

Wat betekent:
reduction?
A
vermeerdering
B
vermindering
C
vrijlaten
D
afstuderen

Slide 8 - Quizvraag

Tekst 6: vraag 14 
timer
1:00

Slide 9 - Tekstslide

types of questions 
- Which 4 types of questions exist? 
  • multiple choice questions / fill in the gap multiple choice 
  • true/false 
  • citation 
  • open 
  • correct order questions 


timer
1:00

Slide 10 - Tekstslide

strategies 

skimming Vs. scanning 
What is the difference? 

timer
1:00

Slide 11 - Tekstslide

Skimming 
 globaal lezen: especially useful for longer texts. Read the title, take a look at the source, the writer, subheadings and read the first sentence of every paragraph and the last sentence of every paragraph if you need more info.

Scanning 
zoekend lezen: search specifically for the information that you need.Read the title and subheadings to know where you could find the information. Look at important words in bold or italics.

Slide 12 - Tekstslide

skimming
scanning

Slide 13 - Tekstslide

P. 53 gesloten vragen
A) meerkeuzevragen  B) invul-meerkeuze vragen 
stap 1: lees de vraag en de antwoorden,  zorg dat je ze goed begrijpt. 
stap 2: zoek de woorden op die je niet snapt. Te veel opzoeken? Niet meer dan 3 bij korte teksten en niet meer dan 6 bij  lange teksten. 
Verbreed je woordenschat -> basiswoordenlijst p. 259

Slide 14 - Tekstslide

P. 53 gesloten vragen

Tip: Maak je te veel fouten met deze soort vraag? Zorg dan dat je eerst zelf een antwoord probeert te geven VOORDAT je de antwoorden leest. Zit jouw antwoord daarbij? Kies dan het correcte antwoord. 

Slide 15 - Tekstslide

timer
3:00

Slide 16 - Tekstslide

P. 54 gesloten vragen
2) meerkeuze-invulvragen 
stap 1: lees de zin voor en na de invulplek heel goed door. 
stap 2: bekijken de antwoorden en probeer de betekenis van de woorden te raden of zoek ze op. 
stap 3: vul de antwoorden 1 voor 1 in en kijk of het een goedlopende zin wordt. Signaalwoorden = letten op verband. 

Slide 17 - Tekstslide

Tekst 6: vraag 14 

Slide 18 - Tekstslide

citation questions 

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

open questions 

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

stappenplan
1. What kind of question is it? 
2. What are they asking of me? Do I need skimming or scanning? 
3. Do I understand the words in the question well enough to answer? Make sure to understand everything in open/citation questions. Especially if the question is introduced with a citation. 


Slide 25 - Tekstslide

Laatste tips
- Vergeet niet je woordenboeken mee te nemen!!
- 3 minuten per vraag. Dat is niet lang. Hou je tijd in de gaten bij het examen. En besteed niet te veel tijd aan een tekst of vragen die je helemaal niet begrijpt. Ga dan naar de volgende vraag of tekst. Als je tijd over hebt, lees de tekst of beantwoord alsnog de vragen die je moeilijk vond.
- Vul altijd een antwoord in op het antwoordblad. Laat nooit een plek open. Ook open vragen zijn soms te beantwoorden, omdat er – bijvoorbeeld –- naar het nummer van een alinea wordt gevraagd. Niet geschoten is altijd mis!



Slide 26 - Tekstslide

Laatste tips
- Schrijf leesbaar voor je docent en de tweede corrector. Formuleer helder en transparant je antwoord bij open vragen. - Wees echt specifiek in de open vragen.Als er staat waar gaat de tekst over? De titel van de tekst is "mental health", schrijf dan NIET op gezondheid, maar echt mentale gezondheid.  
- Als er bij een tekst maar één vraag staat, lees dan eerst de vraag door. Dan weet je waar je op moet letten.
- begin met de eerste korte teksten en de laatste korte teksten als je dat makkelijker vindt.

- Ga altijd uit van je eerste ingeving, NIET ACHTERAF VERANDEREN!

Slide 27 - Tekstslide

Laatste tips
- 70% van het examen is ongeveer multiple choice, de rest is andere vragen. Vergis je niet, multiple choice kan pittig zijn!
- zorg dat je alle woorden van de basiswoordenlijst in elk geval kent  en de linking words ook want dat zijn de pittigste vragen. 
- Je kunt absoluut niet ziek zijn voor je eindexamen want er is geen inhaalmoment, je moet dus echt aanwezig zijn

Slide 28 - Tekstslide

Do you have one tip for your classmates for the exams?

Slide 30 - Open vraag

Mention 1 thing you liked about English class this year and 1 thing you would like to see improved.

Slide 31 - Open vraag