Seksuele identiteit

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Seksuele identiteit

Wat is het
Terminologie

Pronouns
In de praktijk

Op de agenda

Leerdoelen
Waarom nu?
Introductievragen
Genderbread person
Belangrijke termen
Pronouns / voornaamwoorden

Leerdoelen

Definitie begrippen: Sekse, gender-identiteit, seksuele oriëntatie en gender-expressie
Bij bovenstaande begrippen moet je voorbeelden kunnen noemen en deze natuurlijk ook wel begrijpen/kunnen uitleggen.

Kunnen uitleggen: Hoe komt iemand een gender-expressie? Wat is de basis?
Kunnen uitleggen: Welk voornaamwoord je wanneer gebruikt.

Weten (meer voor jezelf): welke instanties je kunt raadplegen voor meer informatie.

Seksuele identiteit
Waarom nu?

Puberteit
Hormonen 
Keuzestress
Sociale verwachtingen
Acceptatie en zelfkennis
Nederlands paspoort

Wat is het verschil tussen sekse en seksuele oriëntatie?

Welke van de onderstaande termen is geen geaardheid?

1. Genderfluide
2. Homoseksueel
3. Aseksueel
4. Biseksueel

Op welke leeftijd staat je sekse vast?

1. Bij je geboorte
2. 16 jaar
3. 18 jaar
4. Er is geen leeftijd aan te plakken

Terminologie:
Even kennismaken

Sekse
Genderidentiteit

Seksuele oriëntatie

Gender-expressie

Sekse

Sekse
Man / vrouw / intersekse

Wordt bepaald door je geslachtsorganen; lichamelijke kenmerken

Gender-identiteit

Gaat over wie je bent

Vrouw 

Man
Gender queer:
Non-binair (niet uitsluitend man of vrouw)
Transseksueel (voelt zich andere sekse - fysiek)
Transgender (voelt zich andere genderidentiteit - mentaal)
Cisgender (identiteit is gelijk aan de sekse)

Zie ook: https://www.holebi.info/phpnews/kortnews.php?action=fullnews&id=17915

Seksuele oriëntatie

Je gevoelens.

Aantrekkingskracht/geaardheid:

Op schaal van mannelijk- of 
vrouwelijkheid

Je valt op:
Identiteit m/v
Expressie m/v
Sekse m/v

Gender-expressie

Hoe iemand zich uit (gedragingen, kleding, beweegt )

-Mannelijk/vrouwelijk

-Wordt bepaald door sekse, gender identiteit en je omgeving

Voornaamwoorden (pronouns)

Hoe je aangesproken wil* worden. Wordt bepaald door gender-identiteit
She / her (female)
He  / him (male)
They / them (gender-queer)*

Zij / haar (vrouwelijk)
Hem / zijn (mannelijk)
Hen / hun (gender-queer)*
                                                     *hangt van de persoon af

Haar agenda ligt op tafel / zijn agenda ligt op tafel / Hun agenda ligt op tafel

Sasha stapt op hun fiets. Hen wil naar de stad fietsen. Waar Mila hen opwacht.

Hiernaast zie je dragqueen Plastic Tiara. Drag is een voorbeeld van:

1. Gender-identiteit
2. Gender-expressie
3. Seksuele oriëntatie
4. Sekse

Voor iemand die cis-man is gebruik je het voornaamwoord:

1. zijn
2. hun
3. haar
4. alle voorgaande antwoorden zijn fout

Marion valt op mensen met als gender-identiteit 'man'. Dit is een voorbeeld van.

1. Gender-expressie
2. Gender-identiteit
3. Seksuele oriëntatie
4. Sekse

Vragen?

Meer informatie?

www.coc.nl

www.gsanetwerk.nl

www.iedereenisanders.nl
https://www.youtube.com/watch?v=2oLXO1ZBoFM
Of vraag het ons :)