les 6.3 Verandering in dekerk
1 / 33
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Katholieken vinden dat protestanten niet het ware geloof hebben. Protestanten zijn volgens katholieken....
A
geuzen
B
ongelovigen
C
ketters
D
boeven
Slide 2 - Quizvraag
Waar waren de protestanten NIET op tegen?
A
Aflaten
B
Heiligen
C
Beelden
D
Bijbel
Slide 3 - Quizvraag
Wat vernielden de protestanten?
A
Beelden, schilderijen en auto's
B
Kerken, huizen en altaren
C
Kerken, beelden en huizen
D
Beelden, schilderijen en altaren
Slide 4 - Quizvraag
Wat is een protestant?
A
Mensen die protesteren voor een beter loon.
B
Christen die zich aansluit bij een hervormer
C
Monniken die mensen wilden bekeren tot het christendom.
Slide 5 - Quizvraag
Wat was een scheldnaam voor protestanten?
A
Geuzen
B
Schavuiten
C
Vlegels
D
Ketters
Slide 6 - Quizvraag
Wie waren protestanten?
timer
0:20
A
Luther
B
Calvijn
C
Karel V
D
Luther en Calvijn
Slide 7 - Quizvraag
Protestanten hebben een paus.
A
waar
B
niet waar
Slide 8 - Quizvraag
Een protestantse kerk is.....
A
mooi
B
lelijk
C
zonder beelden
D
met beelden
Slide 9 - Quizvraag
Protestanten waren
A
aanhangers van de paus
B
aanhangers van hervormers
Slide 10 - Quizvraag
Dit is een protestantse kerk:
A
Ja
B
nee
Slide 11 - Quizvraag
Wat doen Humanisten?
A
Ze bestuderen en vertalen oude teksten.
B
Ze veroordelen ketters.
C
Ze bestrijden de katholieke kerk met geweld.
D
Ze maken kunstwerken.
Slide 12 - Quizvraag
Wie was de humanist?
A
Erasmus
B
Luther
C
Calvijn
D
Paus
Slide 13 - Quizvraag
Erasmus was een humanist. Wat deden humanisten?
A
ze bestudeerden de Bijbel
B
Ze bestudeerden Grieks en Latijn
C
ze hielden van mensen
D
ze deden aan liefdadigheid
Slide 14 - Quizvraag
Wie was Maarten Luther?
A
Een katholiek, die kritiek had op het protestantse geloof
B
Een Paus
C
Een protestant, die kritiek had op het katholieke geloof
D
De koning van Spanje
Slide 15 - Quizvraag
Maarten Luther vindt dat...
A
Er meer geld moet worden vrijgemaakt voor de versiering van kerken
B
Je alleen in de hemel kan komen door 'aflaten' te kopen
C
Het geloof moet worden afgeschaft
D
De kerk terug moet naar de basis: het woord van de Bijbel
Slide 16 - Quizvraag
Wie was Maarten Luther?
A
Monnik
B
Paus
C
Wetenschapper
D
Filosoof
Slide 17 - Quizvraag
Wie was maarten Luther
A
Een Duitse Kerkhervormer
B
Een Spaanse Legerleider
C
de toekomstig paus
D
Een calvinistische keizer
Slide 18 - Quizvraag
De paus was blij met Maarten Luther
A
waar
B
niet waar
Slide 19 - Quizvraag
Wat is niet een van de kritiekpunten van Maarten Luther
A
De kerk zorgde voor welvaart
B
De kerk deed aan heiligenverering
C
De kerk hielt zich niet aan de regels
D
De kerk was te rijk
Slide 20 - Quizvraag
Wat past niet bij Maarten Luther
A
95 stellingen
B
Verzweeg zijn kritiek
C
Monnik
D
Kritiek op de Rooms-Katholieke kerk
Slide 21 - Quizvraag
Wat was het doel van Maarten Luther?
A
De kerk hervormen
B
De kerk splitsen
C
De paus afzetten
D
Een nieuwe kerk oprichten
Slide 22 - Quizvraag
Maarten Luther was een geleerde priester.
A
waar
B
niet waar
Slide 23 - Quizvraag
Hoe kon je volgens Maarten Luther gered worden?
A
Door goede werken te doen
B
Door elke zondag naar de kerk te gaan
C
Alleen door te geloven en te vertrouwen op God
D
Alleen door enorm je best te doen voor God
Slide 24 - Quizvraag
Maarten Luther was het niet eens met de ...
A
priester
B
paus
Slide 25 - Quizvraag
Wat zijn aflaten?
A
Een geldboete
B
Een boek
C
Een briefje waarop je zonde zijn vergeven
D
Een oorkonde waarop de regels van de kerk staan geschreven.
Slide 26 - Quizvraag
Mensen konden een aflaat kopen van de kerk. Wat is een aflaat?
Met een aflaat .....
Met een aflaat .....
A
hoefde je niet elke zondag naar de kerkdienst
B
kon je priester worden
C
mocht je helemaal voor in de kerk zitten
D
werden je zonden vergeven
Slide 27 - Quizvraag
Welke protestant was er vooral in Oost-Duitsland en Nederland populair?
A
Maarten Luther
B
Johannes Calvijn
C
Mevrouw Schipper
Slide 28 - Quizvraag
Maarten Luther en Johannes Calvijn zijn vooral bekend als humanist.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 29 - Quizvraag
Hoe heet de groep die Johannes Calvijn volgde?
A
Katholieken
B
Protestanten
C
Calvinisten
D
Joden
Slide 30 - Quizvraag
Wie heeft de bijbel vertaald zodat de mensen zelf konden lezen wat erin staat?
A
De monniken
B
Johannes Calvijn
C
Maarten Luther
Slide 31 - Quizvraag
Wie was Johannes Calvijn?
A
koning
B
uitvinder
C
kerkhervormer
D
ontdekker
Slide 32 - Quizvraag
Duitse monnik, priester, theologisch hoogleraar, bijbelvertaler en religieus vernieuwer (1483 - 1546). Hij had kritiek op het katholieke geloof en wilde dit hervormen. Zijn aanhangers worden Protestanten genoemd
A
Johannes Calvijn
B
Hertog van Alva
C
Willem van Oranje
D
Maarten Luther
