Leessandwich met examentekst lezen 3F Kleine stappen groot effect

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Lezen 

4. teksten met meningen lezen

4.1 Feit, mening en argument

4.2 argumenten beoordelen

4.3 betoog

4.4 beschouwing

Deze les

• Terugblik theorie hoofdstuk 4 en vooruitblik toets
• Leessandwich met examentekst 3F
• Afsluiting les

Lesdoel

Oefenen met lezen van examentekst 3F

Oefenen met begrippen: Feit, Mening en Argument

Kies het juiste tekstdoel: betoog over de zin van strenger straffen

1. Informeren
2. Instrueren
3. Overtuigen
4. Overhalen

Welk doel heeft een beschouwing?

Wat is het verschil tussen een feit en een mening?

Een ingezonden brief in de krant is

1. objectief
2. subjectief

Betoog

(tekstdoel:    overtuigen van de lezer

inhoud:          mening/ standpunt van de schrijver

                          en argumenten

                         

kenmerk:     subjectief

                        (duidelijke mening van de schrijver)

                         

Beschouwing

tekstdoel:   lezer aan het denken zetten / eigen mening  laten                              vormen  (opiniëren)

inhoud:        feiten en verschillende meningen                                

                        meerdere gezichtspunten/ voor- en nadelen 

kenmerk:   neutraal

                        (geen duidelijke mening van de schrijver)

Verschil betoog - beschouwing

Wat is beter:
naar de sportschool of meer bewegen tijdens het werk/school?

Oefenen met examentekst (1)

1. Lees de tekst: Kleine stappen, groot effect
2. Tijdens het lezen onderstreep je feiten, meningen, argumenten (zet er een F, M of A bij)

 3. Bespreek met een klasgenoot welke feiten, meningen en argumenten je hebt gevonden

Tijd: 20 minuten

Oefenen met examentekst (2)

4. Maak de vragen die horen bij deze tekst. (15 minuten)

 5. We bespreken de antwoorden klassikaal.

Tijd: 20 minuten

Wat is beter:
naar de sportschool of meer bewegen tijdens het werk/school?