3.4 Koningstijd, republiek, keizertijd

3.4 Koningstijd, republiek, keizertijd
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

3.4 Koningstijd, republiek, keizertijd

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
  1. Uitleg 3.4
  2. Video
  3. Herhaalvragen
  4. Opdrachten

Slide 2 - Tekstslide

Einde koningstijd
(509 v. Chr. - 27 v. Chr.)


  • Laatste Etruskische koning wordt verdreven
  • Romeinen besluiten Rome zélf te gaan besturen 

Slide 3 - Tekstslide

De Romeinse Republiek

  • Republiek: 
      Res publica ->publieke zaak

  • Kleine groep aan de macht: Aristocratie

Slide 4 - Tekstslide


  • Bestuurd door de senaat ('raad van ouderen').  -> Rijke Romeinen.

  • Volk kiest elk jaar 2 leiders: consuls
       -> Zij voerden de besluiten van de 
            senaat uit

Slide 5 - Tekstslide

Romeinse volk
  1. Rijkste mensen invloed in volksvergadering 
  2. Ontevredenheid -> stakingen
  3. Volkstribunen (om het volk te beschermen) met veto-recht

Slide 6 - Tekstslide

Burgeroorlog
  • Onderlinge oorlogen tussen rijke Romeinen
  • Proberen alleen aan de macht te komen -> Consul zonder collega of dictator 

Slide 7 - Tekstslide

Caesar: Dictator voor het leven

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Om de republiek te beschermen steken senatoren Caesar dood

Slide 10 - Tekstslide

Octavianus neemt wraak 44 v. Chr.

  • Schakelt daders en andere tegenstanders Caesar één voor één uit.

Slide 11 - Tekstslide

Imperator Caesar Augustus
27 v. Chr. - 14 n. Chr.


  • De senaat geeft hem de titel Augustus ('de verhevene'). 
  • Augustus wordt de eerste keizer van het Romeinse Rijk.

Slide 12 - Tekstslide


Het Romeinse Keizerrijk
(27 v. Chr. -  476 n. Chr.)

  • Rome zal meer dan 500 jaar een keizerrijk zijn
  • Ongeveer 80 keizers hebben dan geregeerd.

Slide 13 - Tekstslide

Herhaalvragen
Inloggen: LessonUp

Slide 14 - Tekstslide

Wat voor soort mensen zaten er in de senaat?
A
Rijke Romeinen
B
Belangrijke Romeinen
C
Rijke Romeinse mannen
D
Rijke en belangrijke Romeinse mannen

Slide 15 - Quizvraag

Wat is een republiek?
A
Land met als staatshoofd een president
B
Land met als staatshoofd een koning
C
Land met als staatshoofd een dictator
D
Land met als staatshoofd een senaat

Slide 16 - Quizvraag

Een regering waarbij het volk beslist, heet ook wel een
A
aristocratie
B
democratie
C
monarchie
D
tirannie

Slide 17 - Quizvraag

Hoe noem je de staatsvorm waarbij de adel de macht heeft?
A
Aristocratie
B
Democratie
C
Oligarchie
D
Monarchie

Slide 18 - Quizvraag

Wat betekent consul?
A
Belangrijkste bestuurder en legeraanvoerder in de Romeinse republiek
B
Belangrijkste bestuurder in de Romeinse republiek
C
De rijkste en belangrijkste man in Rome
D
Hoogste bestuurder in het Romeinse keizerrijk

Slide 19 - Quizvraag

Senaat
Volkstribunen
Consuls
Volksvergadering
Leiders van de Republiek (elk jaar opnieuw gekozen)
Rijke plebejers met veel invloed
300 patriciërs die advies geven
Gewone burgers die praten over politiek

Slide 20 - Sleepvraag

Zet de volgende gebeurtenissen in de juiste volgorde. 
1
2
3
4
Caesar verovert een groot deel van Germania
Caesar wordt vermoord.
Caesar wordt dictator voor het leven. 
Einde ven het koninkrijk

Slide 21 - Sleepvraag

Maken 3.4
Opdracht 55, 57, 66, 70

Slide 22 - Tekstslide

Quizlet

Slide 23 - Tekstslide