In deze les zitten 48 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we doen?
Theorie:
Wet en regelgeving
Communiceren met cliënt
Observeren/signaleren
Wilsbekwaam/wilsonbekwaam
Hulpmiddelen
Terugkoppelen cliënt en collega
Praktijk
Vragen stellen
Incontinentiemateriaal
Bedstanden
Wassen en aankleden
Steunkousen
Slide 2 - Tekstslide
Wat is eigen regie?
A
Zelf kunnen
B
Zelfstandig mee kunnen doen
C
Zelf bepalen
D
Zelf mogen mee doen
Slide 3 - Quizvraag
Wilsonbekwaam
In sommige situaties kan een patiënt zelf niet (meer) zijn wensen kenbaar maken. Iemand is dan wilsonbekwaam.
Een patiënt is wilsonbekwaam als hij:
De informatie over zijn ziekte niet kan begrijpen
Zelf geen beslissing over zijn behandeling kan nemen
Of de gevolgen van een beslissing niet kan overzien.
Een persoon die niet voor zichzelf kan beslissen is wilsonbekwaam.
Slide 4 - Tekstslide
Waarom is het stimuleren van de ADL belangrijk?
A
omdat de cliënt het gezellig vindt
B
nergens voor.
C
Het stimuleert de zelfstandigheid van de cliënt
D
om het contact met de familie te onderhouden
Slide 5 - Quizvraag
Wat is een goede werkhoogte bij het opmaken van een bed?
A
Het bed ter hoogte van je middel
B
Op heuphoogte
C
Wat jezelf prettig vindt
D
Het bed ter hoogte van halverwege je dijbeen
Slide 6 - Quizvraag
Wat is zelfredzaamheid?
Zelfredzaamheid is....
A
Geen mensen om je heen willen hebben
B
Mensen nodig hebben bij dagelijkse dingen
C
Zelf achter je hulpbehoefte komen.
D
Je op eigen kracht zoveel mogelijk redden
Slide 7 - Quizvraag
Bij 't bed opmaken is 't belangrijk dat 't onderlaken strak ligt omdat plooien kunnen irriteren
A
Waar
B
Niet waar
Slide 8 - Quizvraag
Wat is ADL?
A
Algemeen Dagelijkse Lichaamsverzorging
B
Algemeen Dagelijkse levensverrichtingen
C
Activiteiten Dagelijks Leven
D
Algemeen Dagelijkse Leefactiviteiten
Slide 9 - Quizvraag
ADL hulpmiddelen zijn er om:
A
Kwaliteit van leven te geven
B
Afhankelijkheid te stimuleren
C
Zorgen voor minder belasting van de rug
D
Zorgen dat er minder mensen in de zorg nodig zijn
Slide 10 - Quizvraag
Wat valt NIET onder ADL zorg
A
tandenpoetsen
B
krant lezen
C
scheren
D
aankleden
Slide 11 - Quizvraag
Wet- en regelgeving
Wet- en regelgeving
Slide 12 - Tekstslide
Bevoegd en bekwaam, Wet BIG
Slide 13 - Tekstslide
Wet zorg en dwang
Slide 14 - Tekstslide
Uitgangspunt:
Wet Zorg en Dwang
Onvrijwillige zorg mag niet, behalve als er anders 'ernstig nadeel' dreigt en er geen andere oplossingen zijn om dat te bestrijden.
'Nee, tenzij...'
Slide 15 - Tekstslide
Wilsbekwaamheid
‘Het vermogen tot het nemen van geïnformeerde beslissingen bij specifieke vragen inzake zorg en behandeling’
Slide 16 - Tekstslide
WGBO
Wet op de Geneeskundige BehandelingsOvereenkomst
Slide 17 - Tekstslide
Doel van de WGBO
In deze wet staan de rechten en de plichten van cliënten die zorg krijgen.
De WGBO gaat over de relatie tussen de cliënt en de zorgverlener.
Zorgverleners mogen alleen handelen als zij toestemming hebben van de cliënt. De cliënt moet begrijpen waarvoor hij toestemming geeft; hij moet goed geïnformeerd zijn.
Geldt voor: medische onderzoeken en behandelingen, verpleging, verzorging en nazorg.
Slide 18 - Tekstslide
Wat weet je al over communicatie?
Slide 19 - Woordweb
Communicatie bij ADL
Starten van de dag, jouw blik spreekt boekdelen, die van de ander ook
Starten en voorbereiden van het zorgmoment (gehoor app & kunstgebit!)
Vertellen wat je doet
Afstemmen hoe je dingen doet (Geschiedenis, voorkeur, persoon)
Zelfredzaamheid vergroten
Eigen regie
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Kijk het filmpje:
Wat klopt er niet?
Komt non verbaal en verbaal overeen?
Wat voor gevoel geeft dat?
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Video
Slide 26 - Tekstslide
Open en gesloten vraag
Slide 27 - Tekstslide
Objectief
Subjectief
Signaleren
Slide 28 - Tekstslide
Slide 29 - Video
Meneer van Eik voelde zich niet lekker, het zal wel niets zijn, met mannengriep stellen alle mannen zich aan.
Objectief
Subjectief
Slide 30 - Poll
Welke stelling is objectief?
A
Als je hier woont heb je veel geld
B
Dit is een wit vrijstaand huis
C
Dit is een mooi huis
D
Dit huis straalt geen gezelligheid uit
Slide 31 - Quizvraag
Objectief?
A
Rood is een mooie kleur
B
Rode truien kleden af
C
Deze dame draagt een rode trui
D
Deze dame voelt zich prettig in het rood
Slide 32 - Quizvraag
Welke hond is gevaarlijk
A
B
C
D
Slide 33 - Quizvraag
Slide 34 - Tekstslide
Slide 35 - Tekstslide
Slide 36 - Tekstslide
Slide 37 - Tekstslide
Slide 38 - Tekstslide
Slide 39 - Tekstslide
Slide 40 - Tekstslide
Slide 41 - Tekstslide
Wat kan een reden zijn waarom iemand steunkousen krijgt aangemeten.
Slide 42 - Open vraag
Waar let je op als je steunkousen bij een zorgvrager aantrekt?