1.7 A Grammatica zinsdelen & persoonsvorm

Welkom!
Pak je laptop(dicht), zet je tas op de grond.

Telefoons uit en niet zichtbaar.



1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
Pak je laptop(dicht), zet je tas op de grond.

Telefoons uit en niet zichtbaar.



Slide 1 - Tekstslide

Wat doen we deze les?

  • doel
  • zin en zinsdelen
  • persoonsvorm
  • snap je het?
  • zelfstandig werken
  • afsluiting 5 min voor einde les

Slide 2 - Tekstslide

Doel
Aan het einde van de les(sen) kan ik een zin in zinsdelen verdelen. De persoonsvorm benoemen in een zin. 

Slide 3 - Tekstslide

Zin en zinsdelen 

De stinkende man wast zijn vieze handen.


Wat zijn volgens jou de zinsdelen? 

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

de persoonsvorm
- altijd een werkwoord
Ik eet een appel. (eten)
- wat iemand is of iemand doet
Ik ben heel lief. (zijn)
- maak de zin vragend
Ben ik heel lief?
- begint nooit met een voorzetsel

Slide 6 - Tekstslide

Hoe vind jij de persoonsvorm in een zin?

Slide 7 - Open vraag

Wat is de persoonsvorm?
Boris droomt van vliegende beesten.
A
Boris
B
droomt
C
vliegende
D
beesten

Slide 8 - Quizvraag

Zet de zin in zinsdelen.
De zingende koeien eten een grote slagroomtaart.
A
De/zingende koeien/eten/een grote slagroomtaart
B
De zingende koeien/eten/een grote slagroomtaart
C
De zingende koeien eten/een grote slagroomtaart
D
De zingende koeien/eten/een grote/ slagroomtaart

Slide 9 - Quizvraag

Wat is de persoonsvorm?
De kleine mus heeft een klein wormpje gevangen.
A
heeft
B
gevangen
C
wormpje
D
De kleine mus

Slide 10 - Quizvraag

zelfstandig werken
Hoofdstuk 1.7 Grammatica
opdracht: 1/2/4/5/6/7/8
Dit maak je online bij Talent in de ELO. Dus niet in je boek!

Slide 11 - Tekstslide