Zittend mensfiguur (LNJ)

Mens van klei
H/A 2
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
Beeldende vormingMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Mens van klei
H/A 2

Slide 1 - Tekstslide

Opdracht
Maak een zittend mensje
van klei.
Je mensje is iets aan het doen.
Denk aan een hobby, sport, dagje uit..

Slide 2 - Tekstslide

Planning
Les 1 - 3 foto's (Its) en 1 schets (mapje)
Les 2 - Voorwerp van klei dat laat zien wat je mensje doet. 
Les 3 - Basisfiguur van klei
Les 3 - Basisfiguur in zithouding op het voorwerp. (buig ellebogen en knieën)
Les 4 - Maak kleding, haren en het gezicht.
Les 5 - Maak handen en textuur.
Les 6 - Beschilder met engobe. Beoordelen met rubrics.

Slide 3 - Tekstslide

Vooropdracht 1
Zet in Its Learning:
Drie foto's van activiteiten die je kan doen. Wees creatief!
(Denk aan: Hobby, Sport, dagje uitje, vakantie)

Slide 4 - Tekstslide

Vooropdracht 2
  • Teken een voorwerp/omgeving waarmee je laat zien wat je mensje doet. 
  • Teken je mensje zittend.

Slide 5 - Tekstslide

Omgeving / voorwerp
Maak het stuk omgeving / voorwerp waarmee je laat zien wat je mensje doet. 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Basisfiguur
  • Maak je mensje in de juiste verhoudingen (tutorial).
  • +/- 16 cm hoog. 
  • Grove Chamotteklei.

Slide 8 - Tekstslide

Zittend
Maak je mensje zitten.
Buig ellebogen en knieën en handen.
Maak je figuur stevig vast aan het object waar hij op zit. 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Gezicht, haar, kleding
Geef gezicht, haren, kleding en object zo gedetailleerd mogelijk weer in klei.
Geef hem karakter.
Geef hem stofuitdrukking.

Slide 11 - Tekstslide

Engobe
Beschilder je figuur met engobe.
Beschilder de details.

Slide 12 - Tekstslide

Rubrics
0,5
1
1,5
2
zithouding
Eenvoudige zithouding. Buiging benen of armen.
Goede zithouding 
Buiging benen en armen.
 Zeer goede zithouding buiging benen en armen, handen en voeten.
Complexe zithouding. (Buiging van armen, benen, handen, voeten, romp en hoofd.
verhouding
Onder en bovenlijf zijn niet even lang. 
Onder en bovenlijf zijn even lang. 
Armen en benen zijn in verhouding. 
Hoofd, handen en voeten zijn uit verhouding. 
Onder en bovenlijf zijn even lang. Armen, benen, hoofd, handen, voeten zijn in verhouding. 
Onder en bovenlijf zijn even lang. Armen, benen, hoofd, handen, voeten zijn in verhouding. 
De verhouding tussen ogen, neus, mond, oren klopt
details
Geen details. Alleen romp, armen, benen, hoofd, handen en voeten.
De mensfiguur heeft details aan het lijf: gezicht, haren.
De mensfiguur heeft een kledingstuk.
De mensfiguur heeft details aan het lijf: vingers, gezicht, haren.
De mensfiguur heeft twee kledingstukken.
De mensfiguur heeft details aan het lijf: vingers, gezicht, haren.
Hij heeft details in stofuitdrukking en textuur.
voorwerp/
omgeving
Een klein object. Grof uitgewerkt.
Een duidelijk object. Fijn uitgewerkt.
Een object in detail uitgewerkt. Het geheel vormt geen eenheid. 
Een object. In detail uitgewerkt. Het geheel vormt een eenheid.
engobe
Twee kleuren engobe
Drie kleuren engobe goed toegepast.
Vier kleuren engobe goed toegepast.
Vijf kleuren engobe in details toegepast.

Slide 13 - Tekstslide

Zitten op zitobject
Zitten zonder zitobject

Slide 14 - Tekstslide