Elke meting in de natuurkunde heeft een onzekerheid / onnauwkeurigheid.
De hoeveelheid cijfers die voor een meting wordt gebruikt zegt hier iets over.
Dit heet dan de 'significantie' van de meting.
Het aantal significante cijfers van een meting is het totaal aantal cijfers waaruit het getal van de meting bestaat.
Let op: nullen aan het begin worden niet meegerekend, nullen aan het eind wel.
Machten van 10 en voorvoegsels hebben geen invloed op de significantie.
Bijv:
v = 12,30 m/s heeft 4 significante cijfers.
s = 18 km heeft 2 significante cijfers
d = 0,02045 m heeft 4 significante cijfers
U = 32 .10³ V heeft 2 significante cijfers