Verzekeren Hoofdstuk 4 Mavo Voorbereiding Tentamen

Verzekeren Hoofdstuk 4 Mavo 
Voorbereiding tentamen
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Verzekeren Hoofdstuk 4 Mavo 
Voorbereiding tentamen

Slide 1 - Tekstslide

4

Slide 2 - Video

Wanneer verzekeren?
Risico tegenover de kosten (premie).

Slide 3 - Tekstslide

03:11
Juist of onjuist?
Hoe hoger het risico, hoe hoger de premie.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quizvraag

03:49
Een ... verzekering dekt de schade die je door brand, inbraak of waterlekkage hebt aan de spullen in je huis.
A
opstal
B
inboedel

Slide 5 - Quizvraag

04:11
AVP staat voor Aansprakelijkheids Verzekering voor Personen
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quizvraag

05:14
Welke van de volgende autoverzekeringen is verplicht?
A
Cascoverzekering
B
WA-verzekering

Slide 7 - Quizvraag

Wat is wat?
  • De verzekerde
  • De verzekeraar
  • De premie
  • Eigen risico
  • Polis
  • De polisvoorwaarden

Slide 8 - Tekstslide

Verzekeraar
De verzekeringsmaatschappij.

Slide 9 - Tekstslide

Verzekerde
Degene die zich verzekert bij een verzekeringsmaatschappij.

Slide 10 - Tekstslide

Premie
De prijs van de verzekering; het bedrag dat een verzekerde betaalt aan de verzekeringsmaatschappij om verzekerd te zijn.

De hoogte van de premie hangt af van het risico en hoogte van het verzekerd bedrag.

Slide 11 - Tekstslide

Eigen risico
Het deel van de schade dat je als verzekerde zelf betaalt.

Slide 12 - Tekstslide

Waarom betaal je minder premie bij een hoger eigen risico?

Slide 13 - Open vraag

Polis
Een bewijs van verzekering.

Slide 14 - Tekstslide

Verzekerings-voorwaarden

Hierin staan de rechten en de plichten van de verzekerde en de verzekeraar.

Slide 15 - Tekstslide

Verzekeringkosten
Een verzekering kost geld. Je moet premie betalen. Daarnaast betaal je eenmalig poliskosten (voor het opmaken van de polis). Over de premie en de poliskosten moet je assurantiebelasting betalen.

Slide 16 - Tekstslide

Berekening verzekeringskosten

Premie

Poliskosten +

Totaal

Assurantiekosten +                 

Verzekeringskosten

Slide 17 - Tekstslide

voorbeeldsom

berekening totale verzekeringskosten

Jaap heeft een AVP verzekering. De premie bedraagt € 40,00 per maand.

De poliskosten zijn € 5,00. De assurantiebelasting is 21%.

Bereken de totale verzekeringskosten.

Premie               € 40

Poliskosten  + €   5 

                              € 45

Ass. bel         +  €   9,45  (21:100 x € 45)

totale kosten   € 54,45



Slide 18 - Tekstslide

verzekerde waarde
De premiekosten zijn afhankelijk van het bedrag wat je verzekert. Hiernaast zie je een voorbeeld van een fietsverzekering. In de eerste kolom vind je de verzekerde waarde. Hoe hoger deze wordt, hoe hoger de premie.
bron: www.allianz-assistance.nl

Slide 19 - Tekstslide

regio
Bij een fietsverzekering is de regio waar je woont ook van invloed. In de randstad is het risico van diefstal groter dan in het noorden van het land.
bron: www.allianz-assistance.nl

Slide 20 - Tekstslide

Autoverzekering

Slide 21 - Tekstslide

Autoverzekering
  • Wat is een WA-Verzekering?
  • Wat is een Casco Verzekering?

Slide 22 - Tekstslide

WA-dekking autoverzekering
  • Dekt alleen de schade die jij veroorzaakt bij een ander!
       (dus dan niet je eigen auto als jij schuldig bent).
  • Als je eigen auto wat ouder en minder waard is dan is dat een verstandige verzekering omdat die goedkoper is.

Slide 23 - Tekstslide

WA + Casco dekking (all risk)
  • Dekt de schade die jij veroorzaakt bij een ander! 
  • Dekt ook de schade aan je eigen auto. Ook al is het jouw eigen schuld. 
  • Als je eigen auto wat nieuw en nog veel waard is dan is deze verzekering verstandig. Is wel veel duurder! 

Slide 24 - Tekstslide

Wat bepaalt de hoogte van de verzekeringspremie?

Slide 25 - Woordweb

Wat bepaalt de hoogte van de verzekeringspremie? (dus wat maakt de verzekering duurder of goedkoper?)
Bij WA+Casco (all-risk)

  1. Je leeftijd. (onder de 23 jaar moet je extra betalen)
  2. Plaats waar je woont  
  3. Het gewicht van je auto (zwaardere auto’s veroorzaken meer schade)  
  4. Hoeveel km je denkt ta gaan rijden per jaar.  
  5. Hoelang je al een autoverzekering hebt zonder schade te hebben geclaimd. (schade-vrije jaren) 
  6. De waarde van je auto (dagwaarde= wat hij nu waard zou zijn)

Slide 26 - Tekstslide

De waarde van je eigen auto maakt niet uit voor de premiehoogte van de WA-verzekering.
Leg uit waarom niet?

Slide 27 - Open vraag

Eigen risico
Bij alle verzekeringen geldt dat als je een hoge eigen risico neemt , je minder premie moet betalen.

Slide 28 - Tekstslide

Wat zijn schadevrije jaren?
(bonus/malus-tabel)

Slide 29 - Open vraag

Schade –vrije jaren?
Bonus-Malus ladder
Malus = “straffen”, als je schade claimt (opgeeft)
Bonus = belonen, als je geen schade claimt (opgeeft)

Hoe langer je schadevrij rijdt, hoe meer % je korting krijgt.

Slide 30 - Tekstslide

Voorbeeld Bonus-malus
  • Dirk sluit een WA autoverzekering af.  Van de verzekeringsmaatschappij mag hij op trede 3 van de bonus malus ladder beginnen. Hoeveel % korting krijgt
    Dirk dan?

Slide 31 - Tekstslide

Uitwerking Bonus-malus
  1. .Dirk mag op trede 3 beginnen
    (zie eerste kolom) 
  2. Hij krijgt dan 15% korting
    ( zie tweede kolom) 
  3. Als hij dit jaar geen schade claimt dan komt hij volgend jaar op trede 4 en krijgt hij 25% korting. (zie derde kolom) 
  4. Rijdt hij dit jaar wel schade, dan valt hij terug naar trede 1  (zie vierde kolom) 

Slide 32 - Tekstslide