Alle slides H6

6.1: Een nieuw Europa?
Er ontstaan na het einde van het communisme vijftien nieuwe landen in (Oost) Europa. Zij worden democratisch en kapitalistisch, maar kennen door corruptie een moeilijke start. Op de Balkan breekt de Joegoslavische burgeroorlog uit. Er vinden etnische zuiveringen plaats bij Srebrenica. 
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3,4

In deze les zitten 41 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

6.1: Een nieuw Europa?
Er ontstaan na het einde van het communisme vijftien nieuwe landen in (Oost) Europa. Zij worden democratisch en kapitalistisch, maar kennen door corruptie een moeilijke start. Op de Balkan breekt de Joegoslavische burgeroorlog uit. Er vinden etnische zuiveringen plaats bij Srebrenica. 

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen 6.1
6.1A: Je kunt uitleggen hoe de Sovjet-Unie uiteen viel en wat de gevolgen waren voor het uiteenvallen van de Sovjet-Unie.
6.1B: De leerling kan uitleggen hoe de macht in Europa na de Koude Oorlog verdeeld werd.
6.1C: Je kunt de oorzaken en gevolgen verklaren van de Joegoslavische burgeroorlog.
6.1D: Je kunt verklaren wat de Nederlandse betrokkenheid is bij de Joegoslavische burgeroorlog aan de hand van de massamoord in Srebrenica.
6.1E: Je kunt de begrippen continuïteit en verandering uitleggen aan de hand van de Joegoslavische burgeroorlog.
6.1F: Je bent in staat om een oordeel te vellen over de rol van de Nederlandse soldaten bij de massamoord in Srebrenica.

Slide 2 - Tekstslide

Einde van het communisme
  • Na val Berlijnse Muur in veel Oost-Europese landen demonstraties tegen het communisme
  • Geen ingrijpen van Sovjet-Unie!
  • Demonstranten eisen verkiezingen; hierbij verliezen communisten en zij dragen de macht over.
  • Alleen in Roemenië geweld
6.1A

Slide 3 - Tekstslide

Corruptie
  • Val Sovjet-Unie in 1991
  • Vijftien nieuwe landen, meeste democratisch en kapitalistisch
  • Corruptie en oneerlijke verkiezingen door ontbreken democratische traditie
  • Kapitalisme niet direct oplossing economische problemen SU
  • Sluwe mannen met vrienden in politiek kopen grote bedrijven voor weinig geld
  • Voorbeeld: Abramovitsj, Chelsea
6.1A/B

Slide 4 - Tekstslide

Onrust op de Balkan
  • Na WO1 ontstaan Joegoslavië; land met verschillende volken
  • Na uiteenvallen SU verklaren Joegoslavische provincies zich onafhankelijk
  • Hier woonden ook veel Serven, die geen onafhankelijkheid wilden!
  • Servische leider Milosevic wil staat onder Servisch bestuur
6.1C

Slide 5 - Tekstslide

Burgeroorlog
  • Servië verliest vrij snel van Slovenië en Kroatië
  • Bosnië-Herzegovina pas na ingrijpen NAVO (1995) onafhankelijk
  • Ongeveer 140.000 slachtoffers tijdens de Joegoslavische Burgeroorlog
6.1C

Slide 6 - Tekstslide

Srebrenica (1C/D)
  • VN stuurt legers naar Kroatië en Bosnië-Herzegovina; neutraal, lichtbewapend, geen geweld
  • NL'se soldaten bewaken Srebrenica, waar duizenden Bosniërs naartoe vluchtten
  • Serviërs dringen Srebrenica binnen omdat NL'se soldaten geen geweld mogen gebruiken
6.1C/D

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Massamoord (1C/D)
  • Ongeveer 8000 Bosnische mannen en jongens worden meegenomen en vermoord
  • NL'se soldaten machteloos
  • Grootste massamoord sinds holocaust
6.1C/D

Slide 9 - Tekstslide

Tribunaal (1C/D)
  • NAVO-bommenwerpers dwingen Milosevic tot capitulatie
  • In 2001 gearresteerd en in Nederland berecht (VN) bij het Joegoslavië-tribunaal
  • Veel oorlogsmisdadigers in Den Haag veroordeelt
6.1C/D

Slide 10 - Tekstslide

6.2: Een nieuwe bedreiging
Er leek een 'einde aan de geschiedenis' te zijn gekomen. Echter is er een nieuw gevaar op komst; dat van het extreem islamisme. Zij plegen aanslagen in Westerse steden om duidelijk te maken dat hun 'leer' de enige leer is die ertoe doet.

Slide 11 - Tekstslide

Leerdoelen 6.2
2A: Je kunt uitleggen hoe extremistische islamisten door het gebruik van terrorisme een vijand werden van het Westen.

Slide 12 - Tekstslide

Einde van de geschiedenis?
  • Fukuyama: "De westerse democratie zal over de hele wereld worden geaccepteerd als de beste manier om een land te besturen."
  • Waarom was het na de Koude Oorlog logisch dat veel mensen zijn mening deelden?

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Slide 15 - Video

Al Qaida
  • Aanslag 9/11 door islamisten; zij vinden dat een land bestuurd moet worden volgens regels uit de Koran
  • Osama Bin Laden: "Verdiende loon voor VS, zij steunen Israël én leven niet volgens regels islam."

Slide 16 - Tekstslide

Oorlog tegen terrorisme
  • "War on Terror" start vanaf president Bush
  • NAVO artikel geactiveerd; samenwerking om terrorisme te verslaan
  • Mislukte oorlogen tegen Irak en Afghanistan
  • Terroristen brengen oorlog naar Europa: Madrid, Londen, Parijs, etc.

Slide 17 - Tekstslide

Islamitische Staat
  • Doel: Stichten van Kalifaat
  • Veroveren groot deel Irak en Syrië in 2014
  • Aanslagen in Europese steden
  • Mede door NAVO bombardementen sterk teruggedrongen

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

6.3: De Europese Unie
Na het succes van de EG wilde Europese landen op meer terreinen samenwerken; de Europese Unie werd opgericht. Er zijn Europese wetten waar landen zich aan moeten houden. De afgelopen jaren is er kritiek gekomen op de groei van de macht van de EU, met de Brexit als voorlopig 'hoogtepunt'. 

Slide 20 - Tekstslide

Leerdoelen 6.3
3A: Je kunt uitleggen wat de belangrijkste redenen zijn waarom Europese landen gaan samenwerken in de Europese Unie.
3B: Je kunt uitleggen hoe het bestuur van de Europese Unie werkt.
3C: Je kunt het verschil uitleggen tussen nationale wetgeving en Europese wetgeving.
3D: Je kunt beargumenteren of je vóór of tegen een Europese superstaat bent.

Slide 21 - Tekstslide

EU en Euro
  • Oprichting Europese Unie (EU) door landen van de EG (1993)
  • Samenwerking op gebieden die meer dan één land aan gaan
  • Milieu, criminaliteit, verkeer, etc.
  • Start gezamenlijke muntunie, invoering euro in 2002
  • Sommige landen doen niet mee; behouden eigen munt
6.3A

Slide 22 - Tekstslide

6.3A

Slide 23 - Tekstslide

Bestuur van de EU
  • Europese Commissie: Regering van EU, stelt wetten voor en zorgt voor uitvoer van wetten
  • Europees Parlement: iedere vijf jaar gekozen, totaal 705 zetels, beslist over wetten, uitgaven en controle commissie, geen recht van amendement
  • Circus Brussel-Straatsburg
6.3B

Slide 24 - Tekstslide

6.3B

Slide 25 - Tekstslide

Bestuur van de EU
  • Raad van Ministers: Alle ministers van alle lidstaten, enkel bij elkaar met (belangrijke) reden. Moeten ook elk nieuw wetsvoorstel goed- of afkeuren. 
6.3B

Slide 26 - Tekstslide

6.3B

Slide 27 - Tekstslide

Wetgeving
  • EU wetten gelden in alle lidstaten, belangrijker dan nationale wet
  • Geen wetten over specifieke lidstaten, enkel voor allen
  • VB: Data roaming in de EU
  • Lidstaat mag geen wet maken die in strijd is met een EU-wet, dan moet de wet van lidstaat worden aangepast
6.3C

Slide 28 - Tekstslide

Superstaat?
  • Kritiek: EU heeft te veel invloed, gaat ten koste van eigen macht
  • Kritiek leidt tot Brexit; angst om grip op migratie te verliezen door mogelijkheid tot vrij reizen
  • Via referendum uit EU
  • Nu aparte handelsverdragen, zorgt voor economische stagnatie GB
6.3D

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

6.4: Nederland na de Koude Oorlog
In de jaren '80 kwam er kritiek op de verzorgingsstaat tijdens economisch mindere tijden, mede vanwege toegenomen individualisering. Dankzij het poldermodel groeide de economie gestaag door. Nederland werd een multiculturele samenleving waarin culturen vooral langs elkaar heen leefden. Op immigranten kwam kritiek vanuit populisten. Zij maakten zich ook zorgen over de Nederlandse identiteit, die door nieuwe media en globalisering wordt beïnvloed. 

Slide 32 - Tekstslide

Leerdoelen 6.4
6.4A: Je kunt verklaren waarom er door de individualisering van de samenleving kritiek komt op de verzorgingsstaat die vanaf de jaren zestig in Nederland is ontstaan.
6.4B: Je kunt uitleggen wat het poldermodel te maken heeft met het oplossen van economische problemen in Nederland.
6.4C: Je kunt de opkomst van populistische politieke partijen verklaren aan de hand van de opkomst van Pim Fortuyn.
6.4D: Je kunt beargumenteren of je van mening bent dat de multiculturele samenleving wel of niet is mislukt.
6.4E: Je kunt uitleggen door welke twee ontwikkelingen de discussie over de identiteit van Nederland extra belangrijk is geworden.
6.4F: Je herkent de twee staatshoofden van Nederland in de eenentwintigste eeuw.


Slide 33 - Tekstslide

Kritiek verzorgingsstaat
  • Slechte economie in jaren '80, honderdduizenden werklozen
  • Minder mensen met baan moeten uitkeringen meer mensen betalen
  • Door ontzuiling ontstaat individualisering samenleving
  • Niet meer vanzelfsprekend om voor zwakkeren te zorgen
  • Strengere eisen uitkeringen
6.4A

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Poldermodel
  • Samenwerking tussen overheid, werkgevers en vakbonden om economische problemen op te lossen = poldermodel
  • Loonmatiging zorgt voor goedkopere NL'se producten en snelle groei economie!
6.4B

Slide 36 - Tekstslide

Multiculturele samenleving
  • Gastarbeiders werden bij crisis als eerste ontslagen, beeld ontstaat dat zij van uitkering leven
  • Overheid doet niets aan problemen, o.a. werkloosheid
  • Beeld van multiculturele samenleving klopt niet, nieuwe soort verzuiling waarin culturen naast elkaar leven!
6.4D

Slide 37 - Tekstslide

Ontstaan populisme
  • Sommige immigranten zorgden voor problemen, overheid doet er niets aan
  • Politici snel beschuldigd van discriminatie!
  • Mensen verliezen vertrouwen in politiek, gaan stemmen op populistische partijen.
6.4C

Slide 38 - Tekstslide

Kenmerken populisme
  • Zeggen 'te doen wat het volk wil'
  • Vaak kritiek op immigranten
  • Worden vaak in korte tijd heel populair, maar verliezen die als ze hun beloftes niet waarmaken
  • Voorbeeld: Pim Fortuyn. Was erg negatief over islam, zei op te komen voor de 'gewone mensen'. Vermoord in 2002.
6.4C

Slide 39 - Tekstslide

Identiteit onder druk
  • Steeds meer discussie: wat is de identiteit van Nederland?
  • Onder druk door:
  • Komst van nieuwe media en internet
  • Globalisering, waardoor er meer overeenkomsten zijn tussen landen, volken en culturen.
6.4E

Slide 40 - Tekstslide

Beatrix
Willem-Alexander
6.4F

Slide 41 - Tekstslide