In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Today
Look back on test in testweek
Explain grammar:
- present simple vs. present perfect
Practice in LessonUp
Work on exercises in the workbook
Slide 1 - Tekstslide
Reflectie toets toetsweek
1. Welk cijfer had je verwacht en wat is je werkelijke cijfer?
2. Hoeveel tijd heb je aan het leren besteed?
3. Leg uit hoe je geleerd hebt. (lezen, opschrijven, overhoren etc.)
4. Voldoende: wat heb je gedaan voor deze toets waardoor je tevreden bent over het resultaat? Onvoldoende:Wat kun je de volgende keer anders doen als het resultaat je tegenvalt?
5. Wat kan de docent anders en/of meer doen tijdens de les?
Slide 2 - Tekstslide
Please take
your notebook in
front of you
Slide 3 - Tekstslide
Present simple
vs.
Present perfect
Slide 4 - Tekstslide
Present simple
Vorm:
1. Hele werkwoord
2. SHIT-rule (+s bij he/she/it)
Gebruik:
1. feiten
2. gewoonten, regelmatige gebeurtenissen
I always go to school by bike.
My friend speaks four languages.
Slide 5 - Tekstslide
Present simple
Signaalwoorden:
always
often
ever
sometimes
every day
never
usually
every week
Slide 6 - Tekstslide
Present perfect
Vorm:
Has / have + voltooid deelwoord
(werkwoord + ed / onregelmatig werkwoord 3e rijtje)
Gebruik:
1. Iets is in het verleden begonnen en nu nog aan de gang
I have lived in Eindhoven since 1998.
Slide 7 - Tekstslide
Present perfect
Gebruik:
2. Iets is in het verleden gebeurt en je merkt nu het resultaat
Jack feels sick. He has eaten too many sweets.
3. Praten over ervaringen (in iemands leven tot nu toe)
I have never been to Paris in my life.
Slide 8 - Tekstslide
Present perfect
Signaalwoorden:
since
yet
so far
just
already
for
(n)ever
lately
Slide 9 - Tekstslide
Sally has known Tim for a while.
A
present simple
B
present perfect
Slide 10 - Quizvraag
He works in Mumbai.
A
present simple
B
present perfect
Slide 11 - Quizvraag
I always sing in the shower.
A
present simple
B
present perfect
Slide 12 - Quizvraag
Tom hasn't been in Bristol since 2012.
A
present simple
B
present perfect
Slide 13 - Quizvraag
My father ...... at 4 o'clock every morning.
A
gets up
B
has gotten up
Slide 14 - Quizvraag
Emma ...... this film on TV.
A
never sees
B
has never seen
Slide 15 - Quizvraag
The supermarket ...... at 10 pm every Saturday.
A
closes
B
has closed
Slide 16 - Quizvraag
He ...... (not - brush) his teeth yet.
Slide 17 - Open vraag
They ...... (know) each other for a long time now.
Slide 18 - Open vraag
The train to London ...... (leave) every two hours.
Slide 19 - Open vraag
The students ...... (not - forget) their homework so far.