DG periode 4, Daklozen les 1

• doelgroepen
• MBO
• Studiejaar 1

Een dakloze heeft geen vast woonadres, leeft op straat en kan niet bij familie of vrienden terecht. Thuisloos is iets anders dan dakloos. Als je geen eigen woonruimte hebt en bijvoorbeeld tijdelijk of voor langere tijd in een instelling voor maatschappelijke opvang verblijft, bent je thuisloos.

Wat zijn oorzaken?

Verslaving

welke verslavingen ken je?

Onderverdeling verslavende middelen

Stimulerende middelen

Verdovende middelen

Hallucinerende middelen

Welke oorzaken voor verslaving ken je?

Stimulerende middelen

Hier krijg je energie van en gevoel van alert zijn;

• Koffie
• Energiedrankjes
• XTC
• Speed
• cocaïne 
• Roken (het is een fabel dat je van roken rustig wordt)

Verdovende middelen

Werken bewustzijnsverlagend, kom je in een roes;

• Alcohol
• Opium (slaapmiddelen) 
• GHB 
• Heroïne

Hallucinerende middelen

Bewustzijnsveranderende middelen geven de gebruiker een andere belevenis van de wereld.

• Cannabis (wiet/hasj)
• LSD 
• Paddo’s
• Inhalantia (snuifmiddelen zoals ether (vindbaar in lijm) en aceton ( nagellakremover). Deze snuifmiddelen leiden tot een soort roes en diepe slaap, soms gevolgd door hallucinaties.

huiswerk

Maak opdracht 1, 2 en 3 uit de reader

1.) Klik op de volgende link en bekijk de video:

https://www.npostart.nl/ik-durf-het-bijna-niet-te-vragen/09-04-2019/BV_101391016 

2.) Beantwoord de volgende vragen:

Welke vraag maakte op jou het meeste indruk? Kun je uitleggen waarom?

Welk antwoord maakte op jou het meeste indruk? Kun je uitleggen waarom?

Welke vraag zou je zelf nog willen stellen aan deze doelgroep? Bedenk er tenminste twee en beargumenteer je keuze.

3.) Lever je opdracht in via TEAMS