Ongewenst/ onbegrepen gedrag

Gedrag
Alles wat mensen doen of niet doen.
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
HelpendeMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Gedrag
Alles wat mensen doen of niet doen.

Slide 1 - Tekstslide

Ongewenst gedrag
Als je met mensen werkt, kun je te maken krijgen met ongewenst gedrag.

Een vorm van gedrag waardoor iemand anders zich niet prettig of zelfs onveilig voelt.

Slide 2 - Tekstslide

Ongewenst gedrag
Wat komt er in je op bij ongewenst gedrag?


Slide 3 - Tekstslide

Vormen van ongewenst gedrag
  • Seksuele intimidatie
  • Agressie en geweld
  • Pesten en treiteren
  • Discriminatie

Slide 4 - Tekstslide

Seksuele intimidatie
  • Een beledigend grapje
  • Suggestieve opmerkingen
  • Persoonlijke vragen over je privéleven 
  • Ongewenst aanraken

Slide 5 - Tekstslide

Agressie en geweld
  • Verbaal geweld --> schelden en schreeuwen

  • Fysiek geweld --> schoppen, slaan, bijten, vastgrijpen etc

  • Psychisch geweld --> bedreigen, onder druk zetten, irriteren, thuissituatie bedreigen of beschadigen van eigendommen

Slide 6 - Tekstslide

Kijkopdracht
Welke vorm(en) van geweld zie je in het volgende filmpje?

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

timer
1:00
Wie is er wel eens agressie tegen gekomen op zijn stage of werk?

Slide 9 - Woordweb

Waardoor kan agressie ontstaan bij een client
  • Als gevolg van een ziektebeeld.
  • Frustratie omdat eenvoudige taken niet meer lukken.
  • Mensen die te dicht bij komen zonder dat een cliënt begrijpt waarom.
  • Wanen en hallucinaties.
  • Woede door verminderde impulscontrole.

Slide 10 - Tekstslide

Pesten en treiteren

Slide 11 - Tekstslide

Vormen van pesten en treiteren
  • Vervelende opmerkingen maken.
  • Grapjes maken ten koste van een ander.
  • Iemand negeren of niet laten meedoen.
  • Beledigen of schelden.
  • Gebaren maken.
  • Afpakken van spullen.
  • Digitaal pesten

Slide 12 - Tekstslide

Discriminatie
Het anders behandelen van mensen of groepen op basis van een bepaald kenmerk.

Slide 13 - Tekstslide

Kenmerken kunnen zijn
  • Ras
  • Geslacht
  • Seksuele voorkeur
  • Godsdienst
  • Leeftijd

Slide 14 - Tekstslide

Manieren 
  • Overgeslagen worden voor promotie 
  • Minder betaald krijgen dan collega's die hetzelfde werk doen
  • Beledigd worden door collega's
  • Altijd de rotklussen moeten doen

Slide 15 - Tekstslide

timer
1:00
Is iemand van jullie wel een gediscrimineerd?

Slide 16 - Woordweb

Slide 17 - Video

Welke trucjes halen de verzorgenden uit met de mensen uit de film? 

Slide 18 - Tekstslide

Wees duidelijk: Verbaal en Non-verbaal

Slide 19 - Tekstslide

wat heb je hiervoor nodig?

Slide 20 - Tekstslide





Probeer rustig te blijven
Let hierbij op je ademhaling 

Je mag je gevoel benoemen: "Ïk schrik hiervan" of "Dit voelt voor mij helemaal niet goed" 

Stop hier alsjeblieft mee. Ik wil dit niet !!

Slide 21 - Tekstslide

Tips om rust te bewaren:
-Begin je dienst altijd op tijd of kom iets eerder.
-Concentreer je op 1 ding tegelijk.
-Als je merkt dat je gaat haasten: verlaag je tempo bewust. Loop iets langzamer.
-Zeg niet: “ik heb teveel te doen”, maar “wat kan ik laten liggen?”
-Hou plezier vast, gebruik je humor.
-Beperk het gebruik van GSM en sociale media tot het hoogst noodzakelijke.
-Neem bij drukke diensten een korte time out van 2 minuten.
-Kijk elke dienst aan het eind even terug op hoe het ging.
-Stop op tijd.

Slide 22 - Tekstslide

Wat is onbegrepen gedrag?
Probleemgedrag kan zijn: agressief gedrag, maar ook weglopen, onrust, storend gedrag of het weigeren van zorg. In de ouderenzorg wordt het ook vaak onbegrepen gedrag genoemd. Voor zorgverleners is het vaak moeilijk om hiermee om te gaan. 

Slide 23 - Tekstslide

Hoe ga je ermee om?
*  multidisciplinaire aanpak
* methodische aanpak, 
* richten op de onderliggende problematiek

Slide 24 - Tekstslide

Stappenplan
stappen zijn verdeeld in vier fasen:
Signaleringsfase 
Diagnosefase 
Behandelfase 
Evaluatiefase

Slide 25 - Tekstslide

Signaleringsplan

Slide 26 - Tekstslide

ABC's methode
Vier stappen waarmee je onbegrepen gedrag van mensen met dementie leert begrijpen en oplossen. 
 Je krijgt tips om om te gaan met gedrag of emoties, zoals depressie en angsten, apathie, onrustig gedrag, en wanen en hallucinaties.

Slide 27 - Tekstslide

Waar staat het voor?
A - Actie: welk gedrag vertoont jouw cliënt met dementie?
B - Bewegers: wat is de aanleiding voor het probleemgedrag?
C - Consequenties: welke gevolgen heeft het gedrag?
s - samen: bespreek mogelijkheden voor verandering met andere betrokkenen.



Slide 28 - Tekstslide

Agressie bij dementie
* Zorg voor rust en structuur
* Heb geduld en stel geen eisen zodat iemand niet gefrustreerd raakt
* Zorg dat iemand zich nuttig voelt en zijn energie kwijt kan
* Zorg dat iemand niet overprikkeld raakt door zijn omgeving, of juist onderprikkeld is

Slide 29 - Tekstslide

Tips op het moment zelf
* Blijf rustig, maak oogcontact, laat niet zien dat je bang bent
* Houd afstand en pak iemand niet vast
* Praat rustig en stel gerust. Vermijd discussies
* Probeer iemand af te leiden
* Laat iemand even lopen; naar buiten, de ruimte uit
* Verlaat zelf de ruimte of kamer als de situatie bedreigend wordt



Slide 30 - Tekstslide

Kies 1 zin uit en denk na over het effect van dingen waar je zelf niet voor kiest:

  1. je dagelijks je telefoon moet inleveren als je naar je slaapkamer gaat.
  2. je elke ochtend om 8:00 uur moet opstaan, ook in het weekend.
  3. je elke avond om 21:00 uur de lichten uit moet doen.
  4. je niet zelf heb kunnen kiezen welk broodbeleg er op tafel staat.
  5. je met mensen woont die je niet aardig vindt.
  6. er kleding voor je is klaargelegd voor de volgende dag.

Slide 31 - Tekstslide

Een cliënt gedraagt zich erg agressief en gooit met een stoel.
Wat doe jij als helpende?

Slide 32 - Tekstslide

Een cliënt zingt schreeuwend in de huiskamer.
Wat doe jij als helpende?

Slide 33 - Tekstslide

Een cliënt zit aan apparatuur en probeer het te vernielen.
Wat doe jij als helpende?

Slide 34 - Tekstslide

Je merkt op je werk dat iemand wordt gediscrimineerd. Wat doe jij als helpende?

Slide 35 - Tekstslide

Je merkt op je werk dat een collega je seksueel intimideert. Wat doe jij als helpende?

Slide 36 - Tekstslide