prenataal onderzoek hoort bij H 10 klas 4 tl

Erfelijkheidsonderzoek 
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Erfelijkheidsonderzoek 

Slide 1 - Tekstslide

leerdoelen
Aan het einde van de les kun je situaties noemen waarin het verstandig is genetisch advies in te winnen
Aan het einde van de les kun je methoden van prenataal onderzoek  beschrijven

Slide 2 - Tekstslide

Erfelijkheidsonderzoek
Er kan onderzocht worden of iemand de genen bezit die een erfelijke ziekte veroorzaakt. Bijvoorbeeld het gen voor borstkanker.
Er kan dan een genetisch advies gegeven worden. 
Erfelijkheidsonderzoek kan ook gedaan worden voor de geboorte. 
Dit heet een  prenataal onderzoek.


Slide 3 - Tekstslide

Prenataal onderzoek

Onderzoek naar de ongeboren foetus op:
- Groei en ontwikkeling
- Erfelijke aandoeningen

Slide 4 - Tekstslide

Echoscopie

Slide 5 - Tekstslide

Een Echo

Slide 6 - Tekstslide

NIPT

Slide 7 - Tekstslide

Vruchtwaterpunctie

Slide 8 - Tekstslide

Vlokkentest

Slide 9 - Tekstslide

Inhoud van deze les
- Herhalingsvragen vorige lessen
- Slides met uitleg

- Filmpje  met uitleg over erfelijkheidsonderzoek

- Vragen over basisstof 11 erfelijkheidsonderzoek

- Zijn er vragen of onduidelijkheden? Via de chat in TEAMS kun je vragen stellen.

Slide 10 - Tekstslide

geslachtelijke voortplanting
ongeslachtelijke  voortplanting
kweker wil plant verbeteren
kweker wil meer van deze perfecte plant
omstandig-heden veranderen
Het is goed toeven in deze omgeving
Er treden ziekten op
Mensen willen nieuwe smaken tomaten
De bestuiver verdwijnt door insecticiden
Het klimaat verandert
hondsdraf met nieuwe plantjes op uitlopers
het genotype moet veranderen
het genotype mag niet veranderen

Slide 11 - Sleepvraag

Wat is een mutatie?

Slide 12 - Open vraag

In de volgende twee slide krijg je  filmpjes te zien met uitleg over Erfelijkheidsonderzoek

Tip! 

Maak aantekeningen bij het bekijken van de beide filmpjes.
Dat helpt je bij het beantwoorden van de vragen.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Je krijgt nu vragen over erfelijkheidsonderzoek
Voor het beantwoorden van de vragen kun je de volgende bronnen gebruiken:
1. De informatie uit het filmpje gebruiken.
2. Blz. 187 t/m 190 uit je tekstboek gebruiken.
3. Een filmpje van schooltv bekijken. Deze staat op de een na laatste slide.
3. Een vraag via de chat in TEAMS stellen.

Slide 15 - Tekstslide

Wat wordt er onderzocht bij een genetisch advies?

Slide 16 - Open vraag

In welke situatie is het verstandig een genetisch advies te vragen?

Slide 17 - Open vraag

Bij prenataal onderzoek,
wordt er onderzoek gedaan .......
A
bij de pasgeboren baby
B
na de geboorte bij de baby en de moeder
C
voor de geboorte bij de moeder
D
voor de geboorte bij de baby

Slide 18 - Quizvraag

Bij welk erfelijkheidsonderzoek kun je het erfelijk materiaal van het ongeboren kind NIET onderzoeken?
A
Echoscopie
B
Vruchtwaterpunctie
C
Vlokkentest
D
NIPT- test

Slide 19 - Quizvraag


Hier zie je
A
de vlokkentest
B
postnataal onderzoek
C
vruchtwater-punctie
D
NIPT-test

Slide 20 - Quizvraag

Wat onderzoeken artsen bij prenataal onderzoek?
A
Cellen van de moeder
B
Cellen van het kindje
C
Chromosomen van de moeder
D
Chromosomen van de embryo

Slide 21 - Quizvraag

Beschrijf in eigen woorden hoe een echoscopie werkt

Slide 22 - Open vraag

Beschrijf in eigen woorden wat er bij een vlokkentest gebeurt?

Slide 23 - Open vraag

Beschrijf in eigen woorden wat er bij een vruchtwaterpunctie gebeurt.

Slide 24 - Open vraag

Bij welk erfelijkheidsonderzoek kun je het erfelijk materiaal van het ongeboren kind NIET onderzoeken?
A
Echoscopie
B
Vruchtwaterpunctie
C
Vlokkentest
D
NIPT- test

Slide 25 - Quizvraag

Bij welk erfelijkheidsonderzoek kun je het geslacht van het kind bepalen?
A
Alleen bij de echoscopie
B
Bij de vlokkentest en de vruchtwaterpunctie
C
Bij de echoscopie en de NIPT test
D
Bij de echoscopie, de vlokkentest, de vruchtwaterpunctie en de NIPT- test

Slide 26 - Quizvraag

Bij welk onderzoek is er kans op een verhoogde miskraam?
A
Echoscopie
B
vruchtwaterpunctie
C
vlokkentest
D
vlokkentest en vruchtwaterpunctie

Slide 27 - Quizvraag

Lars en Anna krijgen een kind. In de familie komt een ernstige spierziekte voor die vooral bij jongens tot uiting komt. De ziekte is ongeneeslijk. Lars en Anna kiezen voor een erfelijkheidsonderzoek. Waarom willen ze zo snel mogelijk weten of het embryo een jongen of een meisje is?

Slide 28 - Open vraag

Uit het erfelijkheidsonderzoek van Lars en Anna blijkt dat het embryo een jongen is. Het embryo is belast met het gen voor de erfelijke spierziekte. Welke beslissingen kunnen Lars en Anna nemen?

Slide 29 - Open vraag

Zou je willen weten of je erfelijk belast bent wanneer er een erfelijke afwijking in je familie voorkomt? Leg uit waarom wel/ niet?

Slide 30 - Open vraag

Maak een samenvatting over B11
Zorg ervoor dat de leerdoelen van de les gehaald wordt!

Je moet situaties kunnen noemen waarin het verstandig is genetisch advies in te winnen
Je moet methoden van prenataal onderzoek kunnen beschrijven

Slide 31 - Open vraag

Slide 32 - Video

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 33 - Open vraag