les 1

1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

What are we going to do today?
Who am I?
What to expect/ what to bring
Prior knowledge
Present tenses
Kahoot
End of the lesson: What to prepare for next week!

Slide 2 - Tekstslide

Who am I?
Mevrouw van Koutrik
Geef les aan 2, 3, 4 havo
aanwezig op ma, di, do, vrij

Stuur mij een berichtje via teams/
m.vankoutrik@drmollercollege.nl


Slide 3 - Tekstslide

Wat to expect/ what to bring
1 x per week Engels
Wat verwacht ik van jullie?

Boek + aantekeningenschrift mee elke week.
Je maakt je huiswerk elke week!

Slide 4 - Tekstslide

What do you already understand?

Slide 5 - Tekstslide

The bird ____ (fly) high through the sky

Slide 6 - Open vraag

Michelle always ____ (catch) the ball.

Slide 7 - Open vraag

He ____ (try) to be relaxed

Slide 8 - Open vraag

___ is your name?

Slide 9 - Open vraag

____ colour is your favourite? Red or blue?

Slide 10 - Open vraag

What is the word order?

Slide 11 - Open vraag

Put this sentence into a question sentence: I have a dog

Slide 12 - Open vraag

Turn into a negative sentence: She walks to school every day

Slide 13 - Open vraag

Some/ any
I want ___ sugar

Slide 14 - Open vraag

Plural (meervoud) word of hero

Slide 15 - Open vraag

The Present Simple
What is the present simple?

Je gebruikt de present simple als je praat over feiten of over gewoontes in de tegenwoordige tijd:
- Water boils at 100 degrees
- She always walks to school.

Bij onderwerpen he/ she / it = stam + s
Signaalwoorden: every day, always, every month --> gewoonte

Slide 16 - Tekstslide

The Present Simple
The SHIT Rule

The SHIT Rule has to do with She, He, and IT.

The rule is:

If the subject is a he, she or it, the verb gets +s.

So I dance becomes She dances.


Slide 17 - Tekstslide

Timmy
every Saturday.
They never
with oil.
That tree
very fast.
I always
chocolate ice cream.
Those boys
in class very often.
cook
grows
dances
shout
choose
chooses
shouts
grow

Slide 18 - Sleepvraag

The Present Simple
Questions

Vraagzin: Do / does (he/ she / it) aan het begin van de zin

Behalve als am/ are / is in de zin staat dan komt dat aan het begin van de zin



 I like ice cream --> Do I like ice cream?

Bob plays football -->  Does Bob play football?


Slide 19 - Tekstslide