1. Vergroot je woordenschat door te lezen/luisteren of nieuwe woorden te leren.
2. Signaal woorden: structuur, verbanden, doel van de tekst: bijv. because, and, therefore, however, but, finally....
3. Oefen met het gebruik van een woordenboek.
4. De vragen worden gesteld zowel in het Nederlands als in het Engels. Zorg ervoor dat jij de vragen in het Engels begrijpt!