KED20

Hola María, ¿cómo ...... ?
A
qué tal
B
estás
C
eres
1 / 25
volgende
Slide 1: Quizvraag
SpaansMBOMiddelbare schoolLeerjaar 2Studiejaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Hola María, ¿cómo ...... ?
A
qué tal
B
estás
C
eres

Slide 1 - Quizvraag

Welk antwoord past bij...
Qué tal?
A
Diecisiete.
B
Holanda.
C
Groningen.
D
Bien, gracias.

Slide 2 - Quizvraag

Hoe zeg je in het Spaans 'ik heet...'?
A
¿Qué tal?
B
Hola
C
Adiós
D
Me llamo

Slide 3 - Quizvraag

Hoe zeg je in het Spaans 'hallo'?
A
¿Qué tal?
B
Hola
C
Adiós
D
Me llamo

Slide 4 - Quizvraag

Enero, marzo
A
februari, maart
B
januari, maart
C
juni, maart
D
december, maart

Slide 5 - Quizvraag

16:00
A
Son las cuatro
B
Son las cuarto

Slide 6 - Quizvraag

11:45
A
Son las doce menos cuarto
B
Son las doce en punto
C
Son las once y media
D
Son las once y cuarto

Slide 7 - Quizvraag

¿Qué hora es? 9.30
A
Son las nueve y media.
B
Son las nueve.
C
Son las diez y media.
D
Son las diez menos treinte.

Slide 8 - Quizvraag

13:30
A
son las una y media
B
es la una y treinta
C
es las una y media
D
es la una y media

Slide 9 - Quizvraag

Het is 1 uur
A
Son las una
B
Es la una

Slide 10 - Quizvraag

11
A
diez
B
once
C
doce
D
trece

Slide 11 - Quizvraag

14
A
once
B
doce
C
trece
D
catorce

Slide 12 - Quizvraag

wit =
A
Verde
B
rojo
C
negro
D
blanco

Slide 13 - Quizvraag

zwart=
A
verde
B
rojo
C
negro
D
amarillo

Slide 14 - Quizvraag

Welke kleur heeft deze dia?
A
amarillo
B
naranja
C
verde
D
rojo

Slide 15 - Quizvraag

Welke kleur heeft deze dia?
A
rojo
B
verde
C
negro
D
marrón

Slide 16 - Quizvraag

geel =
A
verde
B
rojo
C
blanco
D
amarillo

Slide 17 - Quizvraag

Welke kleur heeft deze dia?
A
verde
B
rojo
C
negro
D
amarillo

Slide 18 - Quizvraag

Welke kleur heeft deze dia?
A
Gris
B
Azul
C
Rojo
D
Amarillo

Slide 19 - Quizvraag

geel =
A
verde
B
rojo
C
blanco
D
amarillo

Slide 20 - Quizvraag

Noviembre, diciembre
A
februari, December
B
December, November
C
November, januari
D
November, December

Slide 21 - Quizvraag

Wat betekent: la fecha
A
de datum
B
opschrijven
C
de vader
D
het jaar

Slide 22 - Quizvraag

Wat betekent: el apellido
A
de naam
B
de achternaam
C
de familie
D
de aarde

Slide 23 - Quizvraag

Vertaal: Toma nota....

Slide 24 - Open vraag

Vertaal: feliz navidad

Slide 25 - Open vraag