Werkwoord in de verleden tijd (vt)
Voorbeeld voltooid deelwoord 'werken':
1. Stam bepalen: werken -> stam is werk
2. De k zit in het 't ex-kofschip / 't sexy fokschaap
-> de laatste letter wordt daarom een 't'
3. Plak nu nog 'ge' voor de stam
GE + WERK + T = GEWERKT