Volgens mij […] 101 dalmatiërs de leukste Disneyfilm.
A
is
B
zijn
1 / 22
volgende
Slide 1: Quizvraag
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3
In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen.
Lesduur is: 15 min
Onderdelen in deze les
Volgens mij […] 101 dalmatiërs de leukste Disneyfilm.
A
is
B
zijn
Slide 1 - Quizvraag
Een school makrelen […] minder kwetsbaar dan één enkele makreel.
A
is
B
zijn
Slide 2 - Quizvraag
Een van de kandidaten die […] naar de volgende ronde, is al 58.
A
doorgaat
B
doorgaan
Slide 3 - Quizvraag
Een groot aantal mensen zijn naar de bijeenkomst gekomen.
A
Goed
B
Fout
Slide 4 - Quizvraag
In welke zin is de persoonsvorm onjuist? A. Een groep vluchtelingen wilden dit weekend het Kanaal oversteken. B. Hollandse aardbeien kosten in de zomer maar 2 euro per bakje.
A
In zin A: wilden = wilde
B
In zin B: kosten = kost
Slide 5 - Quizvraag
Het is moeilijk om te beoordelen of de media wel betrouwbaar zijn.
A
Goed
B
Fout
Slide 6 - Quizvraag
Thuis houdt hij het altijd rustig.
A
inversie
B
geen inversie
Slide 7 - Quizvraag
De oplossing voor deze moeilijke opdrachten zijn moeilijk te vinden.
A
Goed
B
Fout
Slide 8 - Quizvraag
Voor het proefwerk van gisteren had een aantal leerlingen niet geleerd.
A
Goed
B
Fout
Slide 9 - Quizvraag
Dit jaar zijn het aantal veranderingen in de wetgeving wel erg groot.
A
Goed
B
Fout
Slide 10 - Quizvraag
Minder dan tien procent van de vwo’ers […] naar het hbo.
A
gaat
B
gaan
Slide 11 - Quizvraag
Gaat hij dan 's zondags wel naar de kerk?
A
inversie
B
geen inversie
Slide 12 - Quizvraag
Het netje ballen was al aan de voetballers gegeven.
A
Goed
B
Fout
Slide 13 - Quizvraag
Er mogen maar één paar schoenen in de hal staan.
A
Goed
B
Fout
Slide 14 - Quizvraag
Dertig procent van de deelnemers hebben de eindstreep niet gehaald.
A
Goed
B
Fout
Slide 15 - Quizvraag
Morgen gaat hij naar Limburg.
A
inversie
B
geen inversie
Slide 16 - Quizvraag
Hij gaat daar carnaval vieren.
A
inversie
B
geen inversie
Slide 17 - Quizvraag
Ik denk het niet.
A
inversie
B
geen inversie
Slide 18 - Quizvraag
Maakt hij het niet te bont?
A
inversie
B
geen inversie
Slide 19 - Quizvraag
Hij poetste zijn tanden en kleedde hij zich aan.
Slide 20 - Open vraag
Juist of onjuiste inversie? "Mochten de leerlingen eerder vertrekken en hebben de leerlingen het lokaal rustig verlaten?"
A
Juist
B
Onjuist
Slide 21 - Quizvraag
Juist of onjuiste inversie? "Onze club heeft de wedstrijd helaas verloren en heeft de club daardoor geen kans meer in de playoffs."