Much, many,

1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Much/Many (-)(?)
Much
Betekent veel
gebruik je bij niet telbare woorden

I don't have much time.
We don't have much money.
Many
Betekent veel
gebruik je bij telbare woorden

I have many friends.
There are many museums.

Slide 2 - Tekstslide

Much or many?
I don't have _____ shoes.
A
Much
B
Many

Slide 3 - Quizvraag

Much or many?
I don't have _____ classmates.
A
Much
B
Many

Slide 4 - Quizvraag

Much or many?
There isn't ______fresh air in here.
A
Much
B
Many

Slide 5 - Quizvraag

much or many
I have _____ questions.
A
Much
B
Many

Slide 6 - Quizvraag

Much or many?
Do you have ____ information?
A
Much
B
Many
C

Slide 7 - Quizvraag

Much or many?
I don't have _____ money
A
Much
B
Many

Slide 8 - Quizvraag

tables
coffee
children
rain
bicycles
much
much
many
many
many

Slide 9 - Sleepvraag

There isn't..... ... you can do about it.
There aren't......................of my friends at this party.
much
many

Slide 10 - Sleepvraag

Much/Many (-)(?)
Much
Betekent veel
gebruik je bij niet telbare woorden

I don't have much time.
We don't have much money.
Many
Betekent veel
gebruik je bij telbare woorden

I have many friends.
There are many museums.

Slide 11 - Tekstslide

Ik begrijp wanneer
ik "much" of "many"moet gebruiken.
Ja
Nee
ik heb nog wel wat uitleg nodig

Slide 12 - Poll

Plural

Slide 13 - Tekstslide

Meervoudsvorm
Gebruik: Om meervoud aan te geven. 
Vorm: ww+s

Let op!! Je schrijft de -s altijd vast aan het woord

Maar.... er zijn natuurlijk uitzonderingen. 

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Samenvatting:
Algemeen+s
  • Dog - Dogs
  • Teacher - teachers

eindigt op:  f(e) --> f=ves
  • Leaf - Leaves
  • Wife - Wives



Medeklinker + Y --> y=ies
  • Party - Parties
    Klinker + Y --> ys
  • Boy - Boys
O --> oes 
  • Tomato - Tomatoes 
Sis klink (s/sh/ch) --> +es
  • Coach - Coaches
  • Box - Boxes

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

1 glass - 2 .....

Slide 23 - Open vraag

1 tweezer - 2 .......

Slide 24 - Open vraag

1 dish - 2 ......

Slide 25 - Open vraag

1 hero - 2 .......

Slide 26 - Open vraag

1 country- 2

Slide 27 - Open vraag

1 apple - 2 .....

Slide 28 - Open vraag

Wat betekent Plural?

Slide 29 - Open vraag

Hoe maak je ook al weer de plural?

Slide 30 - Open vraag

Wat is geen uitzondering?
A
klinker + y = ies
B
sisklank = es
C
f/fe = ves
D
o = oes

Slide 31 - Quizvraag

Meervoud van:
phone
A
phonez
B
phones
C
phonees
D
phone

Slide 32 - Quizvraag

Meervoud van:
mouse
A
mouses
B
mouse
C
mousez
D
mice

Slide 33 - Quizvraag

Meervoud van:
wolf
A
wolves
B
wolfs
C
wolvs
D
wolfes

Slide 34 - Quizvraag

Meervoud van:
child
A
childs
B
childes
C
childern
D
children

Slide 35 - Quizvraag

Meervoud van:
pizza
A
pizza's
B
pizzas
C
pizza'z
D
pizzaz

Slide 36 - Quizvraag

Ik begrijp hoe
je woorden in het meervoud moet schrijven
Ja
Nee
Een beetje, ik zou nog wel uitleg willen.

Slide 37 - Poll