WATER 3.2 TEMPERATUUR

3.2 temperatuur





De onderdelen van een vloeistofthermometer benoemen.
Kunnen uitleggen hoe Celsisus een thermometer maakte.

15 min stil werken
15 minuten instructie
30 min aan de slag
timer
1:00
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

3.2 temperatuur





De onderdelen van een vloeistofthermometer benoemen.
Kunnen uitleggen hoe Celsisus een thermometer maakte.

15 min stil werken
15 minuten instructie
30 min aan de slag
timer
1:00

Slide 1 - Tekstslide

Het meetbereik is hier van -20°C tot 120°C.
De  onderdelen v.e. vloeistofthermometer  zijn:
- reservoir
- schaalverdeling
- stijgbuis
- vloeistof (meestal alcohol)

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

De Celsiusschaal
1) Smelten ijs (0°C)
2) Kokend water (100°C)
3) Schaalverdeling tussen 0 en 100°C
4) Schaalverderling onder 0°C

Slide 4 - Tekstslide

Een thermometer ijken
Als je een thermometer ijkt, dan zordgje dat deze voldoet aan een bepaalde standaard. De ijkpunten bij de thermometer van Celsius zijn 0 en 100 °C.

Slide 5 - Tekstslide

De koortsthermometer heeft een brede stijgbuis en een groot reservoir. 
Het bereik is van 35 tot 42°C

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Thermogram
Warme voorwerpen stralen meer infraroodstraling uit. Een infraroodcamera kan hiermee een thermogram maken.

Slide 9 - Tekstslide

thermogram van een huis

Slide 10 - Tekstslide

lesdoel
Je kan op een juiste manier de temperatuur meten.
Je begrijpt dat de wegen onder 0°C bevriezen en dat dit nulpunt door Celsius bepaald is.
Voorbereiding voor je practicum

Slide 11 - Tekstslide

Lees de vier thermometers af en noteer de waarde.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Hoe komt het dat een stof verschillende fasen heeft ?
A
doordat moleculen veranderen
B
door de temperatuur
C
doordat moleculen verschillend bewegen
D
door de luchtdruk

Slide 14 - Quizvraag

Wat is de juiste stelling ?
A
cohesie is dat moleculen in een stof elkaar aantrekken
B
cohesie is dat een stof blijft 'plakken' aan een andere stof
C
adhesie is wanneer je een stof mengt met een andere stof
D
adhesie is het tegenovergestelde van cohesie

Slide 15 - Quizvraag

Welke vloeistof zit er tegenwoordig in de meeste thermometers ?
A
kwik
B
alcohol
C
Water met een kleurtje
D
rode infra

Slide 16 - Quizvraag

Van welk principe maakt een thermometer gebruik ?
A
van smeltend ijs in water
B
van het principe: meten is weten
C
uitzetting
D
warmte geleiding

Slide 17 - Quizvraag

Waar is de stijging van een thermometer van afhankelijk ?
A
van de temperatuur natuurlijk
B
van de luchtdruk
C
of je koorts hebt
D
van de breedte van de buis en de temperatuur

Slide 18 - Quizvraag

Hoe noem je de 'streepjes' en getallen op een thermometer ?
A
de meetwaardes
B
de temperatuur in graden Celsius
C
ijkwaarden
D
schaalverdeling

Slide 19 - Quizvraag

Meneer Celsius maakte de voor ons bekende thermometer met hulp van
A
Meneer Fahrenheit
B
ijs
C
zijn lichaamstemperatuur en het koudste wat hij had in zijn laboratorium
D
smeltend ijs in water dat hij 0 graden noemde

Slide 20 - Quizvraag

Van welk principe maakt een thermometer gebruik ?
A
van smeltend ijs in water
B
van het principe: meten is weten
C
uitzetting
D
warmte geleiding

Slide 21 - Quizvraag

3.2 Aan de slag
De onderdelen van een vloeistofthermometer benoemen.
Kunnen uitleggen hoe Celsisus een thermometer maakte.

30 min aan de slag
timer
33:00

Slide 22 - Tekstslide