Cursus 5 Grammatica, samengestelde zinnen - 2BK

Welkom

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Welkom

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen?
  • Planning bespreken
  • Lezen in leesboek
  • Bespreken huiswerk
  • Uitleg lijdend voorwerp

  • Aan het werk
  • Afsluiten

Slide 2 - Tekstslide

32
Planning
Cursus 5 Grammatica - Zinsdelen
2B
  • herhaling leerjaar 1
  • par. 4 ww. gezegde
  • par. 6 Samengestelde zinnen
  • par. 8 Mixopdrachten
  • herhalen en oefenen
  • Toets
2K
  • herhaling leerjaar 1
  • par. 4 ww. gezegde van 2B
  • par. 4 Samengestelde zinnen
  • par. 6 Lijdend voorwerp
  • par. 8 Mixopdrachten
  • herhalen en oefenen
  • toets

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stillezen
We beginnen met stillezen.
timer
10:00
S
T
I
L

L
E
Z
E
N

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
Leerdoelen:
- Ik kan de persoonsvorm en het onderwerp van een zin benoemen.
- Ik kan het werkwoordelijk gezegde van een zin benoemen.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhalen

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SAMENGESTELDE ZINNEN

Wanneer je van twee korte zinnen één lang zin maakt,

dan noem je die zin een samengestelde zin.


VOORBEELD:

Ik loop naar de bakker.       Ik koop een brood.


Ik loop naar de bakker en ik koop een brood.



Het woordje 'en' verbind hier de twee zinnen aan elkaar.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SAMENGESTELDE ZINNEN
Door de zin in een andere tijd te zetten, kun je erachter komen welke werkwoorden de persoonsvormen zijn en welke niet. 

Ik ga lopend naar school, want mijn fiets is kapot.

Ik ging lopend naar school, want mijn fiets was stuk

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SAMENGESTELDE ZINNEN

Met een voegwoord, zoals en, maar, omdat  of want, kun je van twee korte zinnen een samengestelde zin maken:


VOORBEELD:

Kim leest een boek.      Rick leest een stripverhaal.


Kim leest een boek, maar Rick leest een stripverhaal.



Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de pv's in deze zin en wat is het voegwoord?
Lisa stopte 10 euro in haar portemonnee en ze besloot niet meer geld uit te geven.

Slide 10 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het voegwoord?

Terwijl ik naar school loop, luister in naar muziek.

Slide 11 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf een samengestelde zin op.

Slide 12 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Welke voegwoorden ken je?

Slide 13 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Voeg het werkwoord 'hebben' in de t.t. toe aan deze zin:

Ik koop een gebakken visje op de markt.

Slide 14 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Aan het werk
Kinderen die met B werken:
- maak op blz. 208 en 209 opdracht 1 t/m 5.

Kinderen die met K werken:
- maak op blz. 208 en 209 opdracht 1 t/m 4

Klaar? -> Lezen in je leesboek

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoel
check

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
- Ik kan de persoonsvorm en het onderwerp van een zin benoemen.
- Ik kan het werkwoordelijk gezegde van een zin benoemen.
- Ik kan samengestelde zinnen herkennen.
- Ik kan de persoonsvormen in samengestelde zinnen benoemen.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zou je scoren als je nu een toets moest maken?
0100

Slide 18 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Wat ga je komende week doen, zodat je de leerdoelen beheerst?

Slide 19 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

TOT SNEL!

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies