In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
2.4 Nederland voor de oorlog
Een verzuilde samenleving
Slide 1 - Tekstslide
Lesvolgorde
Herhaling
2.4 lessonup
Slide 2 - Tekstslide
Lesdoelen
Weten dat jaren twinig tijden zijn van welvaart
Dat er verzuiling plaatsvond
Hoe de crisisjaren verliepen
Wat de crisisaanpak van Colijn was
Extreme partijen (NSB en CPN)
Slide 3 - Tekstslide
Wat is de dolkstootlegende?
Slide 4 - Open vraag
Herhaling: Hoe kwam Hitler aan de macht in Duitsland?
timer
1:00
Slide 5 - Open vraag
Noem een voorbeeld van propaganda in Duitsland onder Hitler.
timer
1:00
Slide 6 - Open vraag
Noem een voorbeeld van indoctrinatie
timer
1:00
Slide 7 - Open vraag
Toegenomen welvaart
In de jaren twintig ging het goed in Nederland.
Door verwoestingen in buitenland was er veel vraag naar Nederlandse producten (veel export)
1919-1929 nauwelijks werkloosheid
Groeiende welvaart
Slide 8 - Tekstslide
De Uiver 1934 Londen-Melbourne
Slide 9 - Tekstslide
Confessionele meerderheid
Tijdens interbellum Nederland geregeerd door confessionele partijen.
Door Algemeen kiesrecht hadden confessionelen absolute meerderheid (katholieke en protestantse partijen)
Slide 10 - Tekstslide
Confessionele meerderheid
Meeste Nederlanders bleven gewoon christen
Verzuilde maatschappij
Katholieken Mariabeeld en kruis aan de muur
Protestanten stichtelijke wandteksten en harmonium (speelden en zongen vrome gezangen)
Slide 11 - Tekstslide
De verzuiling
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Verzuiling
bron na de
2e Wereldoorlog
Slide 14 - Tekstslide
Crisis in Nederland
Slide 15 - Tekstslide
Hendrik Colijn
1933 Colijn komt aan de macht.
Overheid moest niet meer uitgeven dan er binnenkwam (bezuinigen)
Aanpassingspolitiek: bevolking moest bezuinigen. Oorzaak: de teruglopende economie.
Slide 16 - Tekstslide
De grote depressie in Nederland
Na de beurskrach in 1929 ging het ook in Nederland mis.
Landbouw en de industrie getroffen.
1929-1932 Productie industrie halveerde. Gevolg: Bedrijfssluitingen en massaontslagen
Werklozen zeer lage uitkering, net genoeg om van te leven.
Strenge controle, lang in de rij staan voor stempelen
Slide 17 - Tekstslide
Pijnlijke bezuinigingen
1934 Ambtenarensalarissen, lerarensalarissen en werkloosheidsuitkeringen met 11% verlaagd.
Gevolg rellen in de Jordaan in Amsterdam, er vielen doden
Leiders van kleine linkse partijen kregen de schuld
Colijn had gezag met harde hand hersteld
Slide 18 - Tekstslide
Nederland blijft achter
In andere landen herstelde de economie zich enigzins.
In Nederland bleef het slecht gaan.
1936 zijn 525.000 mensen in Nederland werkloos 1/3 van de beroepsbevolking.
. Colijn sterke leider het 'schip van de staat' veilig door de crisis sturen'
Slide 19 - Tekstslide
Democratie onder druk
Nederland kreeg tijdens de crisis te maken met extreem rechtse partijen.
1931 Mussert richt NSB (Nationaal Socialistische Beweging) op
Mussert liet zich leider noemen.
Hij bewonderde Mussolini die zich duce liet noemen. NSB richtte partijleger W.A. op
Slide 20 - Tekstslide
NSB blijft kleine partij in verzuild land
Verkiezingen 1937 NSB kreeg maar 4% van de stemmen
Extreem links, de communisten (CPN) kregen maar 3% van de stemmen.
Totalitaire partijen deden het slecht in Nederland.
Dit kwam door de verzuiling en doordat Nederland niet geleden had onder de 1e Wereldoorlog. Uitstraling van Colijn als sterke leider gaf Nederlanders ook veilig gevoel
Slide 21 - Tekstslide
Welke vier zuilen waren er in Nederland?
Slide 22 - Open vraag
Waarom bleven de NSB en de CPN kleine partijen in Nederland tijdens de crisis? Noem drie redenen.
Slide 23 - Open vraag
Was de aanpassingspolitiek gunstig of ongunstig voor de werkgelegenheid? Leg je antwoord uit.
Slide 24 - Open vraag
Noem twee redenen waarom veel mensen op Colijn stemden in de jaren dertig.