Burgerschap: Thema politiek

Burgerschap: Thema politiek 
Door: Manal El Khassim
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Burgerschap: Thema politiek 
Door: Manal El Khassim

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet jij er al van?
Welke vraag kun je erover stellen?
timer
1:00
Politieke partijen maken plannen bekend
1/3
Stel open vragen, waarop de video mogelijk een antwoord kan geven.
Vertel wat je er al van weet.
!

Slide 3 - Woordweb

Laat de deelnemers opschrijven wat ze er al van denken te weten. Laat ze ook nadenken over wat ze erover zouden willen weten, zodat ze oefenen met het stellen van open vragen.
Politiek
Het maken van keuzes en het nemen van besluiten.
  • Gaan over jou!

Slide 4 - Tekstslide

Wat merk jij daarvan?
Regels?
Wie is de baas in Nederland?
  • De mensen
  • Het volk

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nederland wordt geregeerd, maar hoe?

Wat is regeren?
-Een land besturen en alles goed laten verlopen. 

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maar hoe wordt Nederland dan geregeerd?
Democratie!
Wat is democratie: Een land waar de bevolking (inwoners) zelf de mensen kiest die de macht krijgen. Wij kiezen dus!

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent democratie?
A
De koning heeft de macht.
B
Het volk heeft de macht.
C
De dieren hebben de macht.
D
De kinderen hebben de macht.

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Maar hoe kiezen wij dan?
Stemrecht 
-iedereen vanaf 18 jaar mag stemmen.
-Iedereen met een Nederlands paspoort mag stemmen. 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stemmen

  • Wat is stemmen?

  • Als jij gaat stemmen dan stem je op een politieke partij. 

Slide 10 - Tekstslide

Vraag:
- Hoe kies jij op wie je stemt?
- Heb je al campagnes voorbij zien komen?
- Hoe werd er campagne gevoerd?
- Door welke partijen?

De partijprogramma’s zijn vaak best uitgebreid. Om wat sneller inzicht te krijgen in welke partij bij jou past,
kun je daarom een online stemwijzer invullen. Er zijn hier verschillende websites voor.
Partijen willen zo veel mogelijk mensen overtuigen van hun standpunten.
Ze voeren daarom campagne. Dit kan op verschillende manieren, bijvoorbeeld door het ophangen van
posters, verspreiden van folders, meedoen aan debatten of zelfs door persoonlijk langs de deuren te gaan.
Dit vergroot de zichtbaarheid van partijen en verhoogt hopelijk het aantal stemmen. 

Slide 11 - Tekstslide

De verkiezingen komen eraan! Met deze les leggen we uit wat stemmen is en daar gaan we ook mee oefenen.

We stemmen omdat we in een democratie leven. Maar wat betekent democratie eigenlijk? En wat vind ík eigenlijk belangrijk?

Ga met je klas aan de slag met het begrip ‘stemmen’ en laat de leerlingen ervaren hoe het is om zelf ergens op te stemmen.


Hoe oud moet je zijn om te stemmen?
A
18 jaar
B
16 jaar
C
21 jaar
D
60 jaar

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het bestuur van Nederland
Kabiner = Ministers en staatssecretarissen 
Tweede kamer

-Zij praten over zaken die belangrijk zijn voor Nederland. 
Bijvoorbeeld: Onderwijs 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Koning
De koning heeft niet veel te vertellen in Nederland
Wat doet de koning wel? : 
-Hij zet zijn handtekening onder de wet
-Hij is onderdeel Bam de regering
- Hij leest de troonrede voor 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een taak van de koning is:
A
Wetten maken
B
Handtekening onder wet zetten
C
Ministers controleren

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Dictatuur VS Democratie
<- Dictatuur
Democratie ->

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ben jij het 'eens' of 'oneens' met deze stellingen? -> 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Iedereen moet vanaf 18 jaar verplicht stemmen.
A
Eens
B
Oneens

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De overheid moet meer geld uitgeven aan scholen dan aan het leger.

A
Eens
B
Oneens

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een premier mag maar 8 jaar premier zijn.

A
Eens
B
Oneens

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Openbaar vervoer moet gratis zijn.
A
Eens
B
Oneens

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De schooldag moet korter zijn.
A
Eens
B
Oneens

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies