P1-les9-Cultuur

Cultuur

- Waarom is de boerkini verboden op veel

Franse stranden?

- Is de boerkini een teken van vrijheid 

of juist niet?

- Vind jij het goed dat Frankrijk een

boerkiniverbod heeft ingesteld?


1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Cultuur

- Waarom is de boerkini verboden op veel

Franse stranden?

- Is de boerkini een teken van vrijheid 

of juist niet?

- Vind jij het goed dat Frankrijk een

boerkiniverbod heeft ingesteld?


Slide 1 - Tekstslide

Wat weten we nog van de vorige keer?
Wat is persoonlijke, sociale en collectieve identiteit?


Slide 2 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen persoonlijke, sociale en collectieve identiteit?

Slide 3 - Open vraag


Slide 4 - Open vraag

KERNCONCEPT Cultuur (1)
Het geheel van                            , uitdrukkingsvormen, opvattingen,                                         die mensen als lid van een                                            hebben                      .               
verworven
groep of samenleving
voorstellingen
waarden en normen

Slide 5 - Sleepvraag

Wat willen we bereiken vandaag?
- Je maakt kennis met het kernconcept cultuur.
- Je weet wat een dominante cultuur, subcultuur en tegencultuur is.




Slide 6 - Tekstslide

Wat is cultuur?
Het geheel van voorstellingen, uitdrukkingsvormen, opvattingen, waarden
en normen die mensen als lid van een groep of samenleving hebben verworven.

Voorstellingen: hoe je je iets voorstelt, bijvoorbeeld welk beeld jij hebt bij een boeddist.
Uitdrukkingsvormen: vlaggen, symbolen, kleding, dialect enz.
Opvattingen: hoe je ergens over denkt, bijvoorbeeld dat een auto slecht voor het milieu is.
Waarden: een idee dat jij belangrijk vindt, bijvoorbeeld ´eerlijkheid´.
Norm: een regel bij een waarde, bijvoorbeeld ´je mag niet liegen´.

Slide 7 - Tekstslide

Dominante cultuur, subcultuur en tegencultuur
De dominante cultuur is de cultuur van de groep in de samenleving met een invloedrijke politieke of economische positie.

Subculturen zijn levensstijlen van groepen mensen die zij deels ontlenen aan de dominante cultuur, en die er deels van afwijken. 

Tegenculturen zijn subculturen die zich verzetten tegen de dominante cultuur van de samenleving.

Slide 8 - Tekstslide

Dominante cultuur
Tegencultuur
Subcultuur

Slide 9 - Sleepvraag

Cultuur observeren met Najib

Wat herken je aan ...?

Voorstellingen: hoe je je iets voorstelt, bijvoorbeeld welk beeld jij hebt bij een boeddhist.

Uitdrukkingsvormen: vlaggen, symbolen, kleding, dialect enz.

Opvattingen: hoe je ergens over denkt, bijvoorbeeld dat een auto slecht voor het milieu is.

Waarden: een idee dat jij belangrijk vindt, bijvoorbeeld ´eerlijkheid´.

Norm: een regel bij een waarde, bijvoorbeeld ´je mag niet liegen´.

Slide 10 - Tekstslide

0

Slide 11 - Video

Cultuur observeren met Najib

Wat herken je aan ...?

Voorstellingen: hoe je je iets voorstelt, bijvoorbeeld welk beeld jij hebt bij een boeddhist.

Uitdrukkingsvormen: vlaggen, symbolen, kleding, dialect enz.

Opvattingen: hoe je ergens over denkt, bijvoorbeeld dat een auto slecht voor het milieu is.

Waarden: een idee dat jij belangrijk vindt, bijvoorbeeld ´eerlijkheid´.

Norm: een regel bij een waarde, bijvoorbeeld ´je mag niet liegen´.

Slide 12 - Tekstslide

Cultuur observeren met Rutger

Wat herken je aan ...?

Voorstellingen: hoe je je iets voorstelt, bijvoorbeeld welk beeld jij hebt bij een boeddhist.

Uitdrukkingsvormen: vlaggen, symbolen, kleding, dialect enz.

Opvattingen: hoe je ergens over denkt, bijvoorbeeld dat een auto slecht voor het milieu is.

Waarden: een idee dat jij belangrijk vindt, bijvoorbeeld ´eerlijkheid´.

Norm: een regel bij een waarde, bijvoorbeeld ´je mag niet liegen´.

Slide 13 - Tekstslide

0

Slide 14 - Video

Cultuur observeren met Rutger

Wat herken je aan ...?

Voorstellingen: hoe je je iets voorstelt, bijvoorbeeld welk beeld jij hebt bij een boeddhist.

Uitdrukkingsvormen: vlaggen, symbolen, kleding, dialect enz.

Opvattingen: hoe je ergens over denkt, bijvoorbeeld dat een auto slecht voor het milieu is.

Waarden: een idee dat jij belangrijk vindt, bijvoorbeeld ´eerlijkheid´.

Norm: een regel bij een waarde, bijvoorbeeld ´je mag niet liegen´.

Slide 15 - Tekstslide


Slide 16 - Open vraag


Slide 17 - Open vraag