Neus, tong en oren, klas 1h/v, thema 6

Zintuigen
  • prikkels uit de omgeving
  • opgevangen door 
              zintuigcellen
  • boodschap aan 
              hersenen via zenuwen = 
              impuls
  • centrale zenuwstelsel
bs 3 EN 4
NEUS, TONG EN OREN
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Zintuigen
  • prikkels uit de omgeving
  • opgevangen door 
              zintuigcellen
  • boodschap aan 
              hersenen via zenuwen = 
              impuls
  • centrale zenuwstelsel
bs 3 EN 4
NEUS, TONG EN OREN

Slide 1 - Tekstslide

Huid, herhaling
Bevat meer zintuigen:
  • warmte
  • koude
  • tast
  • pijn
Elk zintuig is gevoelig voor 1 soort prikkel!

Slide 2 - Tekstslide

Neusholte en mondholte
  • In de neusholte ligt het neusslijmvlies, de lucht wordt warm en vochtig gemaakt
  • Voor bescherming zijn er neusharen en trilharen
  • Ook is er een strotklepje

Slide 3 - Tekstslide

Voordelen ademen door de neus:
  1. Lucht wordt vochtig gemaakt (door neusslijmvlies)
  2. Lucht wordt verwarmd (door bloedvaten langs de wand van de neusholte)
  3. Lucht wordt gezuiverd (door neusharen en trilharen)
  4. Lucht wordt gekeurd (door reukorgaan)

Slide 4 - Tekstslide

De neus
In de neus bevindt zich het reukzintuig
Neusholte is bekleed met neusslijmvlies met daarin reukharen (zintuigcellen)

Slide 5 - Tekstslide

Je reukzintuig is een deel van je neusslijmvlies bovenin de neusholte
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quizvraag


1. Neusademhaling is gezonder dan mondademhaling, omdat het bloed in de
bloedvaten van het neusslijmvlies de binnenstromende lucht verwarmt.

2. Als je verkouden bent, maakt het neusslijmvlies veel vocht aan.

A
beide waar
B
beide nietwaar
C
1: waar 2: nietwaar
D
1: nietwaar 2: waar

Slide 7 - Quizvraag

Worden fijne stofdeeltjes en ziektekiemen tegengehouden door de neusharen of door het slijm op het neusslijmvlies?
A
door de neusharen
B
door het slijm op het neusslijmvlies

Slide 8 - Quizvraag

Heeft de neus van een hond een hogere of een lagere drempelwaarde dan jouw neus?
A
Hij is gevoeliger dus een hogere drempelwaarde
B
Hij is minder gevoelig dus een hoger drempelwaarde
C
Hij is gevoeliger dus een lagere drempelwaarde
D
Hij is minder gevoelig dus een lagere drempelwaarde

Slide 9 - Quizvraag

De tong
  • oppervlakte van de tong
  • smaakzintuigen
  • smaakknopjes
  • 5 verschillende smaken

Slide 10 - Tekstslide

Behalve smaakzintuigcellen zitten er nog andere zintuigcellen in de tong.
Noem drie andere type zintuigcel in de tong.

Slide 11 - Open vraag

Oren

Slide 12 - Tekstslide

De oren

Slide 13 - Tekstslide

Welk(e) zintuig(en) zitten in je oren?
A
Gehoorzintuig en evenwichtszintuig
B
Gehoorzintuig
C
Evenwichtszintuig
D
Gehoorzintuig en balanszintuig

Slide 14 - Quizvraag

Welk onderdeel regelt de luchtdruk in je oren?
A
Buis van Eastachius
B
Trommelholte
C
Oorschelp
D
Trommelvlies

Slide 15 - Quizvraag

Bij welke geluidssterkte beschadigen je oren direct
A
140 dB
B
110 dB
C
90 dB
D
20 dB

Slide 16 - Quizvraag

Hoe heet de bundel gevoelszenuwcellen afkomstig van de oren?
A
Gevoelszenuw
B
Slakkenhuis
C
Buis van eustachius
D
Gehoorszenuw

Slide 17 - Quizvraag

LESDOEL, JE KUNT UITLEGGEN HOE:

De neus werkt
De tong kan proeven
De oren er uit zien
Hoe de oren werken

Slide 18 - Tekstslide

huiswerk
Lezen basisstof 3 t/m 6
maken opdracht:

Slide 19 - Tekstslide