Oefentoets planten

• Biologie
• Middelbare school
• mavo, havo, vwo
• Leerjaar 2,3

Oefentoets planten

A: juist / onjuist vragen

Is het vastzetten in de bodem een functie van de wortels?

1. Ja
2. Nee

Is dit een insectenbloem?

1. Nee
2. Ja

Neemt een plant via haarvaten water en mineralen op uit de bodem?

1. nee
2. ja

Verbinden vaatbundels wortels met bladeren?

1. ja
2. nee

Nr 1 = bastvat
Nr 2 = houtvat

1. nee
2. ja

De stamper van een bloem is het mannelijke voortplantingsorgaan

1. Ja
2. Nee

Hoe vindt de verspreiding van zaden bij de paardenbloem plaats?

1. Insecten
2. Wind
3. Dieren
4. Water

Worden deze zaden door de wind verspreid?

1. ja
2. nee

Nummer 1 is de eindknop

1. Ja
2. Nee

Is een stuifmeelkorrel is een vrouwelijke geslachtcel

1. Ja
2. Nee

B: Meerkeuzevragen

Welke vaten vervoeren water en mineralen naar boven?

1. Alleen de houtvaten
2. Alleen de bastvaten
3. Zowel de bastvaten als de houtvaten

De plant in het ...1....milieu zal een groter wortelstelsel hebben.

Deze plant heeft .....2.... wortelharen nodig om genoeg water te krijgen

1. 1= natte 2=meer
2. 1=droge 2=meer

Een peen is een verdikte wortel die reservestoffen bevat.
Hoe komen de reservestoffen in de peen?

1. via bastvaten
2. via houtvaten
3. via haarvaten
4. via wortelharen

In de bladeren wordt glucose gemaakt.

Hoe komt deze glucose in de rest van de plant?

1. via de houtvaten
2. via de bastvaten
3. via de haarvaten
4. via de wortelharen

Met welk organenstelsel van de mens zou je de vaten in een plant kunnen vergelijken? En waarom?

1. Met het bloedvatenstelsel, het geeft stevigheid.
2. Met het bloedvatenstelsel, transport van stoffen.
3. Met het beenderstelsel, het geeft stevigheid.
4. Met het beenderstelsel, transport van stoffen.

Welke stoffen neemt de plant op via de wortelharen

1. alleen water
2. water en mineralen
3. alleen mineralen

Waardoor kan het water tot boven in de boom worden vervoert, tegen de zwaartekracht in?

1. door de zuigkracht van de bladeren
2. door de worteldruk
3. door de zuigkracht van de bladeren en de worteldruk

In welk deel van de plant komen houtvaten en bastvaten voor?

1. wortels
2. stengel
3. bladeren
4. wortel, stengel, bladeren

Welk onderdeel zorgt voor de voortplanting van een plant?

1. Stengel
2. Bloem
3. Blad
4. Wortel

Een lila bloem
met groene
bladeren
Je ziet

1. 6 meeldraden 1 stamper
2. 6 stampers 1 meeldraad
3. 6 meeldraden 1 stamper gekleurde kelkbladeren
4. 6 meeldraden 1 stamper groene kroonbladeren

Wat zie je hier?
Een...

1. Windbloem
2. Insectenbloem
3. Een lelijke bloem
4. Dit is geen bloem

Heeft hier bestuiving plaatsgevonden?
En bevruchting?

1. wel bestuiving, geen bevruchting
2. zowel bestuiving als bevruchting
3. wel bevruchting, geen bestuiving
4. geen bestuiving, geen bevruchting

In welke volgorde verloopt de voortplanting bij planten?

1. bestuiving, bevruchting, ontstaan van de stuifmeelbuis
2. bestuiving, ontstaan van de stuifmeelbuis, bevruchting
3. bevruchting, bestuiving, ontstaan van de stuifmeelbuis
4. bevruchting, ontstaan van de stuifmeelbuis, bestuiving

Kijk naar het plaatje. Hoeveel eicellen zijn er in totaal bevrucht voor dit aantal kersen?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

Waar vind kruisbestuiving plaats?

1. 1 en 7
2. 1 en 2 en 3
3. 1 en 4
4. 3 en 5

Uit welk onderdeel van de bloem komen de zaadjes van de peper?

1. Stempel
2. Vruchtbeginsel
3. Zaadbeginsel
4. Bevruchte eicel

In het vruchtbeginsel zitten...

1. Stuifmeelkorrels
2. Stempels
3. Zaadbeginsels
4. Helmhokjes

Wat voor soort bevruchting zien we bij nummer 3.

1. Kruisbestuiving
2. Zelfbestuiving
3. Geen bestuiving

C: Andere typen vragen

Sleep de functie naar het juiste onderdeel 

stevig in de grond

water opnemen

zaden maken

voedingsstoffen maken

mineralen opnemen

stevigheid geven

Sleep de juiste naam naar het juiste onderdeel

Kern van de stuifmeelkorrel

Zaadbeginsel

Vruchtbeginsel

Stempel

Kern van de eicel

Stuifmeelbuis

Stuifmeelkorrel

Stijl

Eicel

kelkblad

stamper

meeldraad

kroonblad

Je ziet hier een doorgesneden appel. Hoeveel bevruchtingen moeten hier minimaal hebben plaatsgevonden

Je ziet twee zaden. Voor ieder zaad moet er 1 bevruchting plaatsvinden. Dus minimaal 2 bevruchtingen.

Het kunnen er meer zijn, maar dat weet je niet zeker: die zaden kunnen we op het plaatje niet zien

1. 1
2. 2
3. 3
4. Dat kan je niet weten

windbloem

Insectenbloem

Stempel

Stijl

Kroonblad

Meeldraad

Kelk
blad

Stamper

Uit de bevruchte eicel ontstaat een ....................

Uit het zaadbeginsel ontstaat een         ....................

Uit het vruchtbeginsel ontstaat een       ....................

vrucht

kiem

zaad

Insectenbloem

Windbloem

geen 

kroonbladeren

nectar

meeldraden 

in de bloem

maken veel stuifmeel

geur

felgekleurde kroonbladeren

stuifmeel

kleverig

Een bloem is een orgaan van een plant, noem nog een orgaan van een plant.

Welke onderdelen van de plant, die wij niet hebben, zorgen er voor dat een plant groen is?

leren voor de toets 

hoofdstuk 5 planten en 6.4