Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Thuis in je huis
Thema thuis in je huis
1 / 42
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Verzorging
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 1,2
In deze les zitten
42 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
13 videos
.
Lesduur is:
15 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Thema thuis in je huis
Slide 1 - Tekstslide
We hebben het vorige thema afgesloten en starten nu met een nieuw thema:
Thuis in je huis
De ll kunnen de verschillen tussen het voeren van een huishouden van vroeger en nu benoemen
AHV een paar videofilmpjes en gesprekken kijken we naar de verschillen tussen nu en vroeger
Het eerste deel van het boekje wordt uitgedeeld
AHV vragen kunnen de ll verschillen benoemen in de huishoudens van nu en vroeger
Slide 2 - Tekstslide
les 1 Wat gaan wij vandaag doen?
Starten met werken in het boekje
Het huishouden van toen en van nu
We gaan een aantal filmpjes bekijken
We doen een kleine quiz
Slide 3 - Tekstslide
Huishouden
Toen en nu
Welke apparaten hebben jullie
Huishoudelijke activiteiten
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Video
Slide 6 - Video
Welke huishoudelijke
taken doe jij thuis?
Slide 7 - Woordweb
Wat kun je leren van huishoudelijke taken en klusjes?
Je leert omgaan met verantwoordelijkheden
Je probleemoplossend vermogen wordt gestimuleerd
Je zelfvertrouwen wordt gestimuleerd
Je vermogen om samen te werken verbetert
Je zelfstandigheid wordt vergroot
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Video
Waarom is het belangrijk om jongeren te betrekken bij huishoudelijke taken en klusjes?
Slide 10 - Woordweb
Slide 11 - Video
Slide 12 - Video
Slide 13 - Video
Niels maakt een werkstuk over het huishouden van vroeger en nu. Bij het voorbereiden schrijft hij drie verschillen op.
Welk verschil dat Niels noteert, is juist?
A
Het huishouden kost nu meer elektriciteit.
B
Het huishouden kost nu meer lichamelijke inspanning.
C
Het huishouden kost nu meer tijd.
Slide 14 - Quizvraag
Wat is een huishouden
A
een groep mensen die hun eigen huis schoon houdt
B
iemand die je huis schoonmaakt
C
een groep mensen die samen woont
Slide 15 - Quizvraag
Een verschil met vroeger is dat
timer
0:30
A
nu alle mannen het huishouden doen
B
kinderen lang bij hun ouders wonen
C
gezinnen kleiner zijn
D
meer vrouwen een baan hebben
Slide 16 - Quizvraag
Waar of niet waar?
7. Huishoudelijke uitgaven zijn voor alle mensen in Nederland gelijk.
A
waar
B
niet waar
Slide 17 - Quizvraag
In een traditioneel gezin werkt de vader en zorgt de moeder voor het huishouden.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 18 - Quizvraag
Bij het huishouden let je op je lichaamshouding.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 19 - Quizvraag
les 2 de was
wat moet je weten over de was
waarom was sorteren
was en hygiëne
Slide 20 - Tekstslide
Hoe doet men de was in een groot bedrijf?
De meeste was gaat naar een wasserij.
Daar wordt het gewassen en gedroogd en weer verzameld.
Duizende delen wasgoed worden per dag verwerkt
Kijk naar de volgende video
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Video
Grondstoffen - dus waar het kledingstuk of het stuk textiel van is gemaakt.
Dierlijke oorsprong:
Wol (schaap of lama of lam of geit)
Zijde (zijderups)
Plantaardige oorsprong:
Katoen (katoenplant)
Linnen (hennep, vlas)
Synthetische oorsprong (door een chemisch proces):
Nylon, polyester, lycra enz.
De grondstoffen waar een kledingstuk van gemaakt is wordt vermeld in het samenstellingsetiket.
Dit is niet altijd 1 soort grondstof maar soms of vaak een mengeling van 2 of 3 grondstoffen.
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Video
Slide 25 - Video
Slide 26 - Video
Slide 27 - Video
Waarom is het belangrijk om goed te weten uit welke grondstof je kleding bestaat?
A
Verschillende grondstof hebben verschil in behandeling
B
Dan ben je zuinig op je kledingstuk
C
Het maakt niet uit
Slide 28 - Quizvraag
Waarom is het belangrijk om was te kunnen sorteren?
Slide 29 - Woordweb
De was sorteren
Niet al het wasgoed kun je samen wassen.
Je moet het sorteren.
Waar sorteer je het wasgoed op?
Slide 30 - Tekstslide
Slide 31 - Video
Welk symbool betekent
'niet in de droger'?
A
B
C
D
Slide 32 - Quizvraag
Welk symbool betekent
'lauw strijken'?
A
B
C
D
Slide 33 - Quizvraag
Wat betekent het driehoekje
met een kruis er door heen
op je waslabel?
A
Niet met de hand wassen
B
Niet bleken
C
Niet in de droger
D
Niet strijken
Slide 34 - Quizvraag
Wat betekent een strijkbout
met drie puntjes op
je waslabel
A
Niet strijken
B
Koud strijken
C
Strijkbout moet 3 minuten opwarmen
D
Heet strijken
Slide 35 - Quizvraag
Wat betekent dit waslabel?
A
Wel wassen
B
Niet drogen
C
Wel drogen
D
Niet strijken
Slide 36 - Quizvraag
Wat betekent dit waslabel?
A
Wel strijken
B
Strijken op 100 graden
C
Strijken op 150 graden
D
Niet strijken
Slide 37 - Quizvraag
Het driehoekje in het waslabel zegt iets over:
A
Drogen
B
Wassen
C
Bleken
D
Strijken
Slide 38 - Quizvraag
De cirkel in het waslabel zegt iets over?
A
wassen
B
strijken
C
bleken
D
reinigen
Slide 39 - Quizvraag
www.leukmetkids.nl
Slide 40 - Link
Slide 41 - Video
Afsluiting
Hoe is het gegaan?
Waar ben je tevreden over?
Waar minder over?
Slide 42 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Thuis in je huis
Oktober 2024
- Les met
31 slides
Verzorging
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 1,2
Thuis in je huis
Februari 2024
- Les met
18 slides
Verzorging
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 1,2
Thuis in je huis
Januari 2024
- Les met
12 slides
Verzorging
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 1,2
Textiel verzorging op het IKC
September 2021
- Les met
17 slides
MBO
Ondersteunen bij huishouden en wonen
September 2021
- Les met
15 slides
Verzorging
MBO
Studiejaar 1
Textielverzorging
December 2020
- Les met
32 slides
Verpleging en verzorging
MBO
Studiejaar 1
De was
November 2023
- Les met
17 slides
DOE
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 1,2
Mens en Omgeving H3
Oktober 2023
- Les met
29 slides
Zorg en Welzijn
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 4