§ 3.2 De rijkdommen van het Amazonegebied

Leerdoelen
  • Je weet wat hoge en lage druk is
  • Je weet waar de grote hoge- en lagedrukgebieden liggen op aarde
  • Je kunt de werking van het Amazonegebied als ecosysteem beschrijven en verklaren.
  • Je kunt het belang van het Amazonegebied beschrijven vanuit verschillende dimensies.
  • Je kunt het belang van het Amazonegebied beschrijven op verschillende schaalniveaus.
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 30 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Leerdoelen
  • Je weet wat hoge en lage druk is
  • Je weet waar de grote hoge- en lagedrukgebieden liggen op aarde
  • Je kunt de werking van het Amazonegebied als ecosysteem beschrijven en verklaren.
  • Je kunt het belang van het Amazonegebied beschrijven vanuit verschillende dimensies.
  • Je kunt het belang van het Amazonegebied beschrijven op verschillende schaalniveaus.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Luchtdruk en de grote windsystemen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 3 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak opdracht 1 van blz 118

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoorden
1 a Daar is het klimaat gunstig voor het tropisch regenwoud. De temperatuur is er altijd boven 18 °C, er valt ten minste 1.700 mm neerslag per jaar en er is geen droog seizoen.
 b Door de enorme biodiversiteit is de kans dat er iets in het regenwoud verandert klein (bijvoorbeeld door een erg natte maand).
 c biodiversiteit
 d Op de bosvloer valt nauwelijks licht. Op de bovenste etages komt wel zonlicht en daar is voldoende voedsel beschikbaar voor de dieren die er leven.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

de waterkringloop

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De waterkringloop

Slide 17 - Tekstslide

Uitleg geven over de korte en lange waterkringloop 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak opdracht 2

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoorden
2 a Bij transpiratie gaat het specifiek over de verdamping door planten. Bij verdamping gaat het over het verdampen van water in zijn algemeenheid. Neerslag wordt bijvoorbeeld door de hoge temperatuur omgezet in waterdamp.
 b Een korte waterkringloop. De neerslag valt neer op aarde vanwaar het grootste deel via verdamping en transpiratie in de atmosfeer terechtkomt. Als de waterdamp condenseert, kan er weer neerslag uit de wolken vallen.
 c 1 grote, 2 minder, 3  goed, weinig  veel, 4 afneemt, minder, minder, 5 droger, groter.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak nu opdracht 3

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antwoorden
3 a ‒ Er wordt dan minder koolstofdioxide uit de lucht opgenomen.
‒ Nadat een stuk regenwoud is gekapt, komt er meer koolstofdioxide in de atmosfeer door verrotting en verbranding.
 b De regenwouden zorgen op grote schaal voor zuurstof in de atmosfeer, omdat de regenwouden door fotosynthese CO2 omzetten in koolstof (C) dat in de planten blijft en zuurstof (O2) dat weer afgegeven wordt aan de atmosfeer. Door de aantasting van het regenwoud zal er steeds minder zuurstof aan de atmosfeer afgegeven worden.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdrachten
Maak de opdrachten 4 en 5

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 4
a 1 = productiefunctie

2 = draagkrachtfunctie
3 = informatiefunctie
4 = regulatiefunctie
b 1 = economische dimensie
2 = economische dimensie
3 = natuurlijke dimensie of culturele dimensie
4 = natuurlijke dimensie










Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 4
c Voorbeelden van goede antwoorden:

Ja, want een stukje tropisch regenwoud wordt omgekapt en platgebrand. Het bos dat ervoor terugkomt, heeft een minder grote biodiversiteit.
Of: Nee, want met een beperkt aantal mensen is zwerflandbouw niet schadelijk voor het tropisch regenwoud. Bewoners gebruiken de natuurlijke hulpbronnen, maar voorkomen dat die uitgeput raken. 

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 5

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • Je weet wat hoge en lage druk is
  • Je weet waar de grote hoge- en lagedrukgebieden liggen op aarde
  • Je kunt de werking van het Amazonegebied als ecosysteem beschrijven en verklaren.
  • Je kunt het belang van het Amazonegebied beschrijven vanuit verschillende dimensies.
  • Je kunt het belang van het Amazonegebied beschrijven op verschillende schaalniveaus.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies