present simple vs present continuous (p.132, voor uitgebreide uitleg present simple zie p. 89+91, voor uitgebreide uitleg over de present continuous zie p. 131)
tag questions p. 168
vocabulary U3L2, L3, L5
vocabulary U4L4, L4, L5
SO unit 3&4 (2x): Thursday 23 Feb
Slide 3 - Tekstslide
English only!
Rules:
Only speak English! No Dutch allowed!
If you break the rule: you will be interrogated about the homework
If Ms Floris breaks the rule: you can use your phone the last 5 min of the lesson
Slide 4 - Tekstslide
10 min
Silent reading
Slide 5 - Tekstslide
Read Fantastic mr Fox in silence
Slide 6 - Tekstslide
Lesson objective (leerdoel)
- weet ik wat 'tag questions' zijn
- weet ik waarvoor ik 'tag questions' gebruik
- kan ik tag questions maken
Aan het eind van de les...
Slide 7 - Tekstslide
Homework check
Irregular verbs t/m to cost
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Why do we use tag questions?
Om om bevestiging te vragen.
In het Nederlands zeg je vaak 'toch?'
Dat is jouw hond, toch?
That is your dog, isn't it?
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Let's do ex. 4 on p. 139 together
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Staat er géén am/is/are in de hoofdzin, gebruik dan DO of DOES in de tag question
(does bij she, he it + namen 1 persoon)
Slide 16 - Tekstslide
Practise
1. He is very tall, ......................?
2. You aren't late for school, ..................?
3. You speak French, ...........................?
4. Felix works at Albert Heijn, ........................?
Slide 17 - Tekstslide
U4L2
Do ex. 5+6 on p. 140 (ex 5 zin d+h niet)
Done? > study the irregular verbs t/m to find (=homework next week)
