H4.1 Globalisering

6 Nederland en de wereld
6.1
Globalisering
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

6 Nederland en de wereld
6.1
Globalisering

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen H1
  • Je kunt voorbeelden van globalisering geven.
  • Je kunt voordelen- en nadelen noemen van globalisering.
  • Je kunt uitleggen wat een wereldburger is.

Slide 2 - Tekstslide

Globalisering 
Door allerlei ontwikkelingen kom je steeds meer in contact met de rest van de wereld. Denk aan de mogelijkheden van het internet, reizen die goedkoper worden en de herkomst van de producten die jij koopt. Dit noemen we globalisering.

Globalisering => mensen op de wereld zijn steeds meer met elkaar verbonden
Kijken: Leg uit dat Nederland door globalisering meer afhankelijk is geworden van andere landen.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Globalisering

Slide 5 - Tekstslide

Wereldburgerschap 

Wereldburgerschap = > Nieuwsgierigheid naar andere landen en betrokkenheid met de mensen daar.

Er zijn verschillende soorten bindingen die mensen met elkaar hebben.  We kijken naar wat die bindingen met globalisering te maken hebben.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Globalisering & Gevoelsbinding 
Door het internet kom je veel gemakkelijker in contact met mensen over de hele wereld. Denk bijvoorbeeld aan sociale media en communicatie via Skype of online gamen.

  • Voordeel =Je kunt makkelijk contact hebben met mensen over de hele wereld.
  • Nadeel = Je hoort en ziet ook makkelijker de ellende die wereldwijd bij andere mensen plaatsvindt.

Slide 8 - Tekstslide

Globalisering & economische binding
Door de globalisering is de wereldwijde handel enorm toegenomen. Dit komt onder andere doordat het transport goedkoper is geworden.

Voordeel => Er zijn steeds meer producten te koop en producten worden steeds goedkoper.
Nadeel => Sommige banen verdwijnen omdat arbeid in het buitenland goedkoper is. Ook worden arbeiders in het buitenland soms uitgebuit.


Kijken: Hoeveel producten die je nu bij je hebt (of draagt), zijn (waarschijnlijk) niet in Nederland gemaakt?

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Globalisering & kennisbinding
Door het internet kun je veel makkelijker informatie delen. Denk maar aan forums op internet of de website Wikipedia.
  • Voordeel: Mensen over de hele wereld maken gebruik van elkaars kennis.
  • Nadeel: Niet iedereen op de wereld heeft toegang tot internet of spreekt een gangbare taal als Engels. Hierdoor kan ongelijkheid ontstaan. 

Slide 11 - Tekstslide

Globalisering & Politieke binding
Door globalisering worden landen meer afhankelijk van elkaar. Daardoor moeten landen meer samenwerken. Bijvoorbeeld als het gaat om handel, milieu en veiligheid.

  • Voordeel: Problemen worden beter aangepakt omdat meer landen kunnen bijdragen.
  • Nadeel: Landen moeten zich aan internationale afspraken houden en kunnen minder zelf beslissen.

Slide 12 - Tekstslide

Veel jongeren gaan na hun studie een (half)jaartje ‘backpacken’ in Australië en Azië. Via internet houden zij dan hun ouders en vrienden op de hoogte. Dit is een voorbeeld van:
A
gevoelsbinding
B
politieke binding
C
economische binding
D
kennisbinding

Slide 13 - Quizvraag

De EU-landen zijn bij elkaar gekomen om te overleggen over klimaatveranderingen.

Hier is vooral sprake van:

A
gevoelsbinding
B
economische binding
C
kennisbinding
D
politieke binding

Slide 14 - Quizvraag

Er is steeds meer te koop en het is nog betaalbaar ook is een voorbeeld van
A
gevoelsbinding
B
kennisbinding
C
economische binding
D
politieke binding

Slide 15 - Quizvraag

Wikipedia is een mooi voorbeeld van globalisering op het gebied van:
A
Gevoelsbinding
B
Kennisbinding
C
Economische binding
D
Politieke binding

Slide 16 - Quizvraag

Aan de slag
H 6.1 Globalisering

Lezen lesboek:  bladzijde 92 en 93
Maken werkboek: opgave 1 t/m 10 blz. 148 en 149

Slide 17 - Tekstslide

Een voorbeeld van globalisering is:
A
Dat iedereen in Nederland naar school moet.
B
Dat iedereen in Europa mag stemmen.
C
Dat iedereen contact heeft met elkaar in de wereld.

Slide 18 - Quizvraag

Wat zijn de voor- en nadelen van globalisering?
A
Voordeel: behoud van culturele diversiteit en meer identiteit. Nadeel: afnemende culturele uitwisseling en meer isolatie.
B
Voordeel: vermindering van economische groei en minder welvaart. Nadeel: afnemende ongelijkheid tussen landen en binnen landen.
C
Voordeel: grotere economische groei en meer welvaart. Nadeel: toenemende ongelijkheid tussen landen en binnen landen.
D
Voordeel: grotere politieke stabiliteit en meer democratie. Nadeel: afnemende internationale samenwerking en meer conflict.

Slide 19 - Quizvraag

Wereldburgerschap is..
A
Mensen over de hele wereld zijn betrokken met elkaar
B
Nieuwsgierigheid naar andere landen en betrokkenheid met de mensen daar
C
Dat mensen kennis met elkaar delen
D
Dat mensen internet gebruiken

Slide 20 - Quizvraag