4.3 Functies van de verzorgingsstaat
1 / 18
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Video
Verzorgen:Sinds het begin van de 19e eeuw heeft de Nederlandse overheid daar een expliciete taak in gekregen. Dit is een verandering in de richting van:
A
solidariteit en bestaanszekerheid
B
eigen verantwoordelijkheid
Slide 3 - Quizvraag
De functie van verzorgen is eenzijdig.
A
Nee je moet ervoor betalen
B
Klopt van de ontvangers wordt niets terugverwacht.
Slide 4 - Quizvraag
De functie van verzekeren is
A
eenzijdig, je hoeft er niets voor terug te doen.
B
tweezijdig, je moet ervoor betalen.
Slide 5 - Quizvraag
Slide 6 - Video
Het verschil tussen gilden en de huidige verzekeringen is: dat je betaalde en steun kreeg van mensen die je kende
A
ja, je stortte een bijdrage aan het gilde en je kon daar een beroep op doen.
B
Nee, de overheid regelde dat.
Slide 7 - Quizvraag
Bij de huidige verzekering "ken" de mensen niet die jou feitelijk helpen.
A
Klopt, het loopt via de overheid.
B
Je kent je buren toch...
Slide 8 - Quizvraag
Op welke verzekering kun je aanspraak maken als je je pensioen bereikt?
A
AOW
B
Bijstandswet
C
WW
D
Wajong
Slide 9 - Quizvraag
Slide 10 - Tekstslide
Heb jij nu het gevoel dat het onderwijs dat je krijgt jou verheft?
A
Jazeker
B
Neuh
C
Niet met die saaie lessen
D
Als het leuk is wel.
Slide 11 - Quizvraag
De belangrijkste functie van het onderwijs is:
A
je diploma krijgen
B
dat je van de straat bent
C
dat je je talenten kunt ontwikkelen
D
je vrienden zien
Slide 12 - Quizvraag
Heb jij ook het vak Maatschappijwetenschappen?
A
Ja
B
Nee
Slide 13 - Quizvraag
Ik weet wat met verbinden bedoeld wordt:
A
Nee
B
Ja, cohesie in de samenleving
C
dat je een verband omkrijgt.
Slide 14 - Quizvraag
Schrijf op wanneer er volgens jou sprake is van verbinding/cohesie.
Slide 15 - Open vraag
Slide 16 - Video
Denk je dat het verbinden van de overheid op dezelfde manier kan werken?
A
Ja dat denk ik wel
B
Nee dat denk ik niet
