Zorg voor je Financiën voor 3 Havo

Financiele educatie les 1 
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Financiele educatie les 1 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Even voorstellen
Anton van der Cruijsen
51 jaar
Ik woon in Uden
Getrouwd, 1 dochter van 17 en een zoon van 15.
Ik heb 30 jaar in de financien gewerkt als coordinator van de volledige administratie (personeelszaken, salarisadministratie, financiele administratie en planning en control)

Slide 3 - Tekstslide

Ik heb gewerkt  op een accountantskantoor, bij diverse kledingwinkels (waaronder de Bijenkorf) en in de gezondheidszorg.
Ik werk nog steeds 3 dagen per week in de administratie, nu bij een grote horecaonderneming die naast de horeca ook een aantal sportscholen en sauna's heeft.

Slide 4 - Tekstslide

Stage op het Mondial
Eigenlijk had ik vanaf begin maart 2020 bij jullie, de 3H1 en 3H2 stage mogen lopen onder begeleiding van mevrouw Strooband.
ik doe deze stage omdat het mij leuk lijkt en omdat ik dit moet voor de opleiding docent economie 2e graad aan de HAN (Hogeschool Arnhem Nijmegen) 

Slide 5 - Tekstslide

Waarom doe ik de opleiding?
Met het diploma mag ik economie-les geven aan:
Het gehele VMBO
De onderbouw van de HAVO, het VWO en het gymnasium
Het gehele MBO

En dat lijkt mij leuk! Zo vindt ik het ook leuk om KNVB scheidsrechter te zijn bij de jeugd! 

Slide 6 - Tekstslide

Wie zijn jullie? Toets je naam in en geef een korte omschrijving van jezelf

Slide 7 - Tekstslide

Leerdoelen
Je weet wat het Nibud is en wat ze doen.

Je weet wat een begroting is en je weet wat er in een begroting staat.

Slide 8 - Tekstslide

Fin. zelfredzaamheid

Slide 9 - Woordweb

NIBUD
Nationaal Instituut voor BUDgetvoorlichting

Slide 10 - Tekstslide

Wat doet het Nibud volgens jou?

Slide 11 - Open vraag

Slide 12 - Video

Wie heeft er tot nu toe vragen?

Slide 13 - Tekstslide

 Budgetteren moet je leren
Waaraan geef je je geld uit???
Soorten uitgaven:
  • Huishoudelijke uitgaven
de alledaagse uitgaven voor je huishouden. (dagelijkse uitgaven)
  • vaste lasten
de uitgaven die je met een vaste regelmaat moet betalen

  • incidentele uitgaven
meestal grote uitgaven die je niet zo vaak doet en niet met een vaste regelmaat

Slide 14 - Tekstslide

Reserveren
Geld opzij zetten (sparen) om hier later grote of onverwachte uitgaven mee te betalen.

Je reserveert vooral voor incidentele uitgaven (vakantie, aanschaf duur apparaat).

Slide 15 - Tekstslide

Vaste lasten:
Vaste lasten zijn kosten die elke maand terug komen.
Wanneer je een eigen woning hebt (huur of koop), zijn er kosten die elke maand terug komen.
Denk bijvoorbeeld aan:
  • Hypotheek of huur
  • verzekeringen (inboedel en opstal)
  • riool- en afvalstoffenheffing
  • waterschapslasten
  • elektrischiteit, gas en water
  • telefoon, tv en internet

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Vragen?

Slide 18 - Tekstslide


Wat is een begroting?

Slide 19 - Woordweb

Slide 20 - Video


Vragen

Slide 21 - Tekstslide

Wat is het doel van een begroting?
timer
1:00
A
Een begroting zorgt ervoor dat je genoeg geld uitgeeft.
B
Een begroting dient als bewijs voor de belastingdienst
C
Een begroting geeft je inzicht in je toekomstige inkomsten en uitgaven.
D
Een begroting is een goede oefening in hoofdrekenen.

Slide 22 - Quizvraag

Een ander woord voor begroting is:

timer
1:00
A
budgetplan
B
inkomsten
C
reservering

Slide 23 - Quizvraag

Welke van de volgende vier antwoorden hoort niet bij 'inkomsten in het huishoudboekje'?
timer
1:00
A
Inkomsten in natura
B
Inkomsten uit arbeid
C
Inkomsten uit bezit
D
Overdrachtsinkomsten

Slide 24 - Quizvraag

Wat doet het NIBUD? Een voorbeeld is:
timer
1:00
A
onderzoek doen naar de invloed van reclame
B
onderzoek doen naar de uitgaven van jongeren
C
onderzoek doen naar de inkomsten en uitgaven van de overheid
D
voorlichting geven aan jongeren over welke producten ze moeten kopen

Slide 25 - Quizvraag

De afkorting Nibud betekent: Nationaal Instituut voor Budgetteren.
timer
1:00
A
Waar
B
Niet waar

Slide 26 - Quizvraag

Over welk begrip zou je graag nog wat meer uitleg willen?

Slide 27 - Open vraag

Wat is een bestedingspatroon?
timer
1:00
A
manier waarop mensen in het algemeen hun geld uitgeven
B
regels die het NIBUD geeft voor de manier waarop mensen hun geld moeten uitgeven
C
geld dat je uitgeeft aan je huishouden
D
degene in het huishouden die bepaald waar het geld aan wordt uitgegeven

Slide 28 - Quizvraag

Welke soorten uitgaven kun je onderscheiden?
A
Huishoudelijke uitgaven en vaste lasten
B
Dagelijkse lasten en vaste huishoudelijke uitgaven
C
Incidentele, huishoudelijke uitgaven, vaste Lasten
D
Kleine en grote uitgaven

Slide 29 - Quizvraag

Huiswerk: 
Kijk op www.nibud.nl en laat mij in de volgende les weten of je meer van een onderwerp wilt weten of een onderwerp wilt bespreken!

Slide 30 - Tekstslide