3m bte p2 T les 2: surrealisme analyseren

Welkom!
Telefoon in het Zakkie en in tas: NIET zichtbaar.
Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
Schoolspullen op tafel: laptop, map/schrift
Telefoon weg. Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
Schoolspullen op tafel: laptop, schrift, pen
Laptop nog dicht
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
KunstMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
Telefoon in het Zakkie en in tas: NIET zichtbaar.
Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
Schoolspullen op tafel: laptop, map/schrift
Telefoon weg. Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
Schoolspullen op tafel: laptop, schrift, pen
Laptop nog dicht

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

DROMEN & NACHTMERRIES

Bijvoorbeeld in kunst: surrealisme

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inhaaltoets theorie
Maandag 20 januari 10:00-11:30
Toets is op papier
neem woordenboek mee

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag:
Surrealisme herhalen
Kunstwerk beschrijven: voorstelling & vormgeving
Kunstwerk presenteren
Oefenen met toetsvragen
Teken-spelletje?
Ik kan uitleggen wat surrealisme is.
Ik kan een surrealistisch kunstwerk herkennen.
Ik kan het verschil uitleggen tussen voorstelling en vormgeving en ook toepassen op een kunstwerk.
Ik kan een toetsvraag in stappen beantwoorden.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet jij nog van surrealisme?

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Is dit schilderij surrealistisch?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dit kunstwerk is surrealistisch.

Ja, want het ziet er uit als een droom.
Nee, want het heeft geen herkenbare voorstelling.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dit kunstwerk is surrealistisch.

Ja, want het ziet er bizar uit, onrealistisch.
                                                                                                      Nee, 
want dit is oude kunst, toen kunstenaars nog niet bezig waren met surrealisme. 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

02:36
FROTTAGE
Frans woord, betekent:
wrijven, rubbing

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

twee soorten surrealisme:
  • Gebaseerd op dromen/nachtmerries, hallucinaties, gekke voorstellingen;
  • Gebaseerd op automatisme (denk ook aan frottage)

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Surrealisme = kunst die is geïnspireerd door dromen, fantasie of het onderbewuste.

Surrealisme komt van twee woorden: 
"Sur": Dat betekent boven/buiten
"Realisme": Dat betekent de werkelijkheid.
Surrealisme betekent dus boven-werkelijk, als uit een droomwereld. 

In surrealistische kunst wordt de fantasie de vrije loop gelaten. Zoals in een droom de merkwaardigste belevenissen heel reëel lijken proberen kunstenaars een droom wereld te verbeelden. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerken surrealisme 
1. Alledaagse dingen worden op een niet alledaagse manier aan elkaar verbonden. 
2. Er is vaak sprake van een zeer gedetailleerde manier van werken, waarbij stofuitdrukking heel nauwkeurig is. 
3. Er is vaak sprake van een onwerkelijke lichtinval, ruimte en sfeer. 
4. Onverwachte en onvoorspelbare voorstellingen, dus droomwerelden. 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag
Hoe beschrijf je surrealistische kunst?

Gebruik de beeldende aspecten over vormgeving.



Slide 14 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. De docent start met modelleren en laat leerlingen vervolgens actief inoefenen. Volgens het 'ik-wij-jullie/jij-wij' principe wordt de ondersteuning geleidelijk afgebouwd. Er wordt gevarieerd in oefentypes en het leerproces wordt zichtbaar gemaakt, bijvoorbeeld met hardop denken opdrachten. Effectieve leerstrategieën zoals zelftesten, gespreid leren, schema’s maken, en samenvatten volgens de Cornell-methode worden expliciet aangeleerd. Dit herkneden van de lesstof helpt bij het bewerken van het lange termijn geheugen
Welke vormgevingsaspecten ken je?
(tip: V-R-K-L-C-T-M)

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

VORMGEVING

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat kun je zeggen over...

1. de voorstelling?
2. de stofuitdrukking?
3. de lichtinval (dus ook schaduw)?
4. de kleuren? 
5. De compositie?
6. Wat zou het kunstwerk kunnen betekenen?
Samenwerken of alleen. 
timer
5:00
schrijf in een word-bestand of op papier.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Presentatie geven over kunstwerk
1. Kies een surrealistisch schilderij, op Google Arts & Culture 
2. beantwoord de vragen: Wat kun je zeggen over...
                                 - de voorstelling?
                                 - de stofuitdrukking?
                                 - de lichtinval (dus ook schaduw)?
                                 - de kleuren?
                                 - de compositie?
                                 - wat zou het kunstwerk kunnen betekenen?
3. Stuur via Teams chat aan mij het kunstwerk. 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

hier geëindigd

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefenen met toetsvragen
Hoe geef je goed antwoord?
  1. Lezen
  2. Belangrijkste woorden
  3. Soort vraag
  4. Soort kennis
  5. Volledig antwoord
Schrijf op papier

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dynamische foto
Dalí maakt surrealistische kunst. Hij werkte hier samen met de Amerikaanse fotograaf Philippe Halsman. Op de afbeelding zie je een foto uit 1948 die zij samen maakten.
Vraag 1 (2p): De foto heeft een dynamisch karakter. Noem twee aspecten van de voorstelling die bijdragen aan het dynamische karakter.
Vraag 2 (1p): Noem een aspect van de vormgeving dat bijdraagt aan het dynamische karakter. Leg je antwoord uit.



Eerste vraag doe ik 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dynamische foto
Vraag 1 (2p): twee aspecten voorstelling
− de omhoog springende Dalí
− de springende / vallende katten
− de plens water
− het zwevende meubilair

.......die bijdragen aan de dynamiek
Vraag 2 (1p): een aspect van de vormgeving
compositie: over gehele foto geplaatste onderdelen. Of de elementen zijn geplaatst in verschillende richtingen
compositie: de diagonale lijn van de plens water
ruimte: afsnijding van de stoel of het overlappen van elementen
licht: het licht-donker contrast op verschillende plekken. Of de schaduwwerking op verschillende plekken. 

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Om de foto te maken, zijn 28 pogingen gedaan. Hieronder zie je 4 foto's die niet zijn gekozen.
Het maken van de foto, was erg lastig. 






(2p) Geef twee redenen waarom dit lastig was.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het maken van de foto, was erg lastig. 
(2p) Geef twee redenen waarom dit lastig was.


 Omdat de timing belangrijk was: alles moest zich op exact hetzelfde moment, op de juiste plek bevinden.
 Omdat de foto werd gemaakt met echte personen / dieren waardoor je er geen/weinig grip op hebt.
 Omdat het in één keer moest lukken, zonder bewerking achteraf.
 Omdat het moest lijken alsof voorwerpen / Dalí / katten zweven.
 Omdat het vervelend is te moeten gooien met katten.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen gehaald?
Ik kan uitleggen wat surrealisme is.
Ik kan een surrealistisch kunstwerk herkennen.
Ik kan het verschil uitleggen tussen voorstelling en vormgeving en ook toepassen op een kunstwerk.
Ik kan een toetsvraag in stappen beantwoorden.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tekenspelletje?

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerling komt op het bord tekenen.

Heeft niet dit kunstwerk gezien.

Klas ziet kunstwerk op laptop.

Geven leerling beschrijving om te tekenen.

Lijkt de tekening op het kunstwerk?

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies