In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
§4.1 Toename en afname in procenten
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we deze les doen?
Doel van de les
Voorkennis activeren
Instructie
Verlengde instructie
Zelfstandig werken
Afsluiting
Slide 2 - Tekstslide
Lesdoel
Slide 3 - Tekstslide
Aan het einde van deze les...
... kun je berekenen hoeveel procent er toe of afgenomen is.
Slide 4 - Tekstslide
Wat weten we al?
Slide 5 - Tekstslide
Toename en afname procenten
Slide 6 - Tekstslide
Toename in procenten
Slide 7 - Tekstslide
4.1: Toename en afname in procenten.
Voorbeeld: huurverhoging.
In 2020 betaalde ik €265,- huur per maand voor mijn studentenkamer. In 2021 moet ik meer betalen: €273,-
Slide 8 - Tekstslide
4.1: Toename en afname in procenten.
Voorbeeld: huurverhoging.
In 2020 betaalde ik €265,- huur per maand voor mijn studentenkamer. In 2021 moet ik meer betalen: €273,-
Wat is de huurtoename in euros?
Slide 9 - Tekstslide
4.1: Toename en afname in procenten.
Voorbeeld: huurverhoging.
In 2020 betaalde ik €265,- huur per maand voor mijn studentenkamer. In 2021 moet ik meer betalen: €273,-
Wat is de huurtoename in euros?
273 - 265 = 8. Dus een toename van €8,-
Slide 10 - Tekstslide
4.1: Toename en afname in procenten.
Voorbeeld: huurverhoging.
In 2020 betaalde ik €265,- huur per maand voor mijn studentenkamer. In 2021 moet ik meer betalen: €273,-
Wat is de huurtoename in euros?
273 - 265 = 8. Dus een toename van €8,-
Wat is de toename in procenten?
Slide 11 - Tekstslide
4.1: Toename en afname in procenten.
Voorbeeld: huurverhoging.
In 2020 betaalde ik €265,- huur per maand voor mijn studentenkamer. In 2021 moet ik meer betalen: €273,-
Wat is de huurtoename in euros?
273 - 265 = 8. Dus een toename van €8,-
Wat is de toename in procenten?
We gebruiken weer een procententabel.
Slide 12 - Tekstslide
4.1: Toename en afname in procenten.
Voorbeeld: huurverhoging.
In 2020 betaalde ik €265,- huur per maand voor mijn studentenkamer. In 2021 moet ik meer betalen: €273,-
Dus een toename van €8,-
Slide 13 - Tekstslide
4.1: Toename en afname in procenten.
Voorbeeld: huurverhoging.
In 2020 betaalde ik €265,- huur per maand voor mijn studentenkamer. In 2021 moet ik meer betalen: €273,-
Dus een toename van €8,-
Huurverhoging
€
Slide 14 - Tekstslide
4.1: Toename en afname in procenten.
Voorbeeld: huurverhoging.
In 2020 betaalde ik €265,- huur per maand voor mijn studentenkamer. In 2021 moet ik meer betalen: €273,-
Dus een toename van €8,-
Huurverhoging
€
265
Slide 15 - Tekstslide
4.1: Toename en afname in procenten.
Voorbeeld: huurverhoging.
In 2020 betaalde ik €265,- huur per maand voor mijn studentenkamer. In 2021 moet ik meer betalen: €273,-
Dus een toename van €8,-
Huurverhoging
€
265
8
Slide 16 - Tekstslide
4.1: Toename en afname in procenten.
Voorbeeld: huurverhoging.
In 2020 betaalde ik €265,- huur per maand voor mijn studentenkamer. In 2021 moet ik meer betalen: €273,-
Dus een toename van €8,-
Huurverhoging
€
265
8
?
Slide 17 - Tekstslide
4.1: Toename en afname in procenten.
Voorbeeld: huurverhoging.
In 2020 betaalde ik €265,- huur per maand voor mijn studentenkamer. In 2021 moet ik meer betalen: €273,-
Dus een toename van €8,-
Huurverhoging
€
265
8
?
1
x
Slide 18 - Tekstslide
4.1: Toename en afname in procenten.
Voorbeeld: huurverhoging.
In 2020 betaalde ik €265,- huur per maand voor mijn studentenkamer. In 2021 moet ik meer betalen: €273,-
Dus een toename van €8,-
Huurverhoging
€
265
8
?
1
x
Slide 19 - Tekstslide
4.1: Toename en afname in procenten.
Voorbeeld: huurverhoging.
In 2020 betaalde ik €265,- huur per maand voor mijn studentenkamer. In 2021 moet ik meer betalen: €273,-
Dus een toename van €8,-
Huurverhoging
€
265
8
?
1
x
÷ 265
÷ 265
Slide 20 - Tekstslide
4.1: Toename en afname in procenten.
Voorbeeld: huurverhoging.
In 2020 betaalde ik €265,- huur per maand voor mijn studentenkamer. In 2021 moet ik meer betalen: €273,-
Dus een toename van €8,-
Huurverhoging
€
265
8
?
1
x
÷ 265
÷ 265
Slide 21 - Tekstslide
4.1: Toename en afname in procenten.
Voorbeeld: huurverhoging.
In 2020 betaalde ik €265,- huur per maand voor mijn studentenkamer. In 2021 moet ik meer betalen: €273,-
Dus een toename van €8,-
Huurverhoging
€
265
8
?
1
x
÷ 265
÷ 265
× 8
× 8
Slide 22 - Tekstslide
4.1: Toename en afname in procenten.
Voorbeeld: huurverhoging.
In 2020 betaalde ik €265,- huur per maand voor mijn studentenkamer. In 2021 moet ik meer betalen: €273,-
Dus een toename van €8,-
100÷265×8 = 3,018...
Huurverhoging
€
265
8
?
1
x
÷ 265
÷ 265
× 8
× 8
Slide 23 - Tekstslide
4.1: Toename en afname in procenten.
Voorbeeld: huurverhoging.
In 2020 betaalde ik €265,- huur per maand voor mijn studentenkamer. In 2021 moet ik meer betalen: €273,-
Dus een toename van €8,-
100÷265×8 = 3,018...
Dus een toename van 3,0%.
Huurverhoging
€
265
8
?
1
x
÷ 265
÷ 265
× 8
× 8
Slide 24 - Tekstslide
Een boek kostte eerst €10,-. Na de prijsverhoging kost het boek €15,-. Met hoeveel procent is de prijs van het boek gestegen? (Invullen met %-tekentje)
Slide 25 - Open vraag
Afname in procenten
Slide 26 - Tekstslide
Een trui kostte eerst €50,-. Na de prijsdaling kost de trui €42,50. Met hoeveel procent is de prijs van het boek gedaald? (Invullen met %-tekentje)
Slide 27 - Open vraag
Slide 28 - Tekstslide
Aan de slag met:
Aan het werk met §4.1
timer
1:00
Slide 29 - Tekstslide
Lesdoel
check
Slide 30 - Tekstslide
Aan het einde van deze les...
... kun je berekenen hoeveel procent er toe of afgenomen is.
Slide 31 - Tekstslide
Lesdoelen:
Ik kan de toename of afname berekenen met procenten.
Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.