In deze les zitten 13 slides, met tekstslides en 2 videos.
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Vorige week heb je geleerd
wat de begrippen zender, informatie, middel en ontvanger met elkaar en met communicatie te maken hebben
Slide 2 - Tekstslide
Vandaag leer je
voor welke 4 dingen je de media gebruikt en hoe je daar mediawijs mee om kunt gaan!
Slide 3 - Tekstslide
Wat zijn de media?
Welke drie vormen van media zijn de belangrijkste in ons land?
Slide 4 - Tekstslide
BNN of SBS6?
Commerciële zenders verdienen veel geld met reclame. Voorbeelden hiervan zijn SBS6, RTL en Net5. Publieke omroepen (op NPO 1, 2 en 3) zenden minder reclame uit omdat ze geld van de overheid ontvangen.
Waarom zijn de kijkcijfers voor commerciële zenders belangrijker dan voor de publieke omroep?
Slide 5 - Tekstslide
Maken opdracht 2
3 minuten de tijd
Na de 3 minuten bespreken we de antwoorden
timer
3:00
Slide 6 - Tekstslide
Waar gebruik jij de media voor?
Nieuws en informatie
Ontspanning
Contacten
Identiteit
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Video
Slide 11 - Video
Aan de slag
Maken opdracht 1, 4, 5, 6, 7, 8 en 9
Klaar? Maken samenvatting hoofdstuk 2 (blz 127)
Slide 12 - Tekstslide
Even terugblikken
voor welke 4 dingen gebruik je de media en hoe kun je daar mediawijs mee omgaan?