formeel/informeel

formeel en informeel
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

formeel en informeel

Slide 1 - Tekstslide

lesdoel
Na deze les:
weet je wat het verschil is tussen formeel en informeel taalgebruik;
weet je wanneer je kiest voor formeel taalgebruik of informeel taalgebruik.

Slide 2 - Tekstslide

Waar denk je aan bij
formeel en informeel?

Slide 3 - Open vraag

formeel
zoals het hoort
netjes

Slide 4 - Tekstslide

formeel - schrijftaal
zoals het hoort
netjes
beleefd

Slide 5 - Tekstslide

informeel 
gewoon
zoals je praat

Slide 6 - Tekstslide

formeel

zoals het hoort
netjes
beleefd
informeel

gewoon
zoals je praat

Slide 7 - Tekstslide

formeel

u
Geachte heer
Met vriendelijke groet,
meedelen
verzoeken
tot onze spijt
deelnemen

Slide 8 - Tekstslide

formeel

u
Geachte heer
Met vriendelijke groet,
meedelen
verzoeken
tot onze spijt
deelnemen
informeel

je
Hoi
Mazzel
vertellen
vragen
sorry
meedoen

Slide 9 - Tekstslide

Wanneer formeel?

Slide 10 - Tekstslide

opdracht
Bespreek in twee- of drietallen de volgende vragen.

Slide 11 - Tekstslide

Formeel taalgebruik
Met wie?
In welke situatie?
Welke aanspreek vorm gebruik je?
Hoe begroet je iemand op een formele manier?
Welke benaming gebruik je? (voor- of achternaam)
Veel of weinig regels? 


Slide 12 - Tekstslide

 Met wie formeel?
 Onbekende mensen 


Slide 13 - Tekstslide

In welke situatie formeel?
 Officiële gelegenheid 

Slide 14 - Tekstslide

aanspreekvorm formeel
 
 U 

Slide 15 - Tekstslide

begroeting formeel
  
 Hand geven 

Slide 16 - Tekstslide

benaming formeel
  
Je gebruikt je (voor- en) achternaam 

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Link

formeel taalgebruik in
Verslagen en opdrachten
Zakelijke brieven en e-mails
Notulen
Rapportages

Slide 19 - Tekstslide

opdracht
NU Nederlands B
Schrijven 3.
Corresponderen 3.1
Informeel en formeel taalgebruik.
blz 119 -121

Slide 20 - Tekstslide