1 havo/vwo hoofdstuk 5

VOCABULAIRE
Kies de juiste vertaling
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

VOCABULAIRE
Kies de juiste vertaling

Slide 1 - Tekstslide

Zara a une grande _____ de vêtements.
A
collection
B
vitesse

Slide 2 - Quizvraag

Les vêtements sont de bonne _____ .
A
qualité
B
genre

Slide 3 - Quizvraag

Un T-shirt pour 20 euros, ce n’est pas _____ .
A
court
B
cher

Slide 4 - Quizvraag

Et la _____ de 25% est un bonus.
A
capitale
B
réduction

Slide 5 - Quizvraag

Mais le dimanche, la boutique est _____ .
A
fermée
B
par mois

Slide 6 - Quizvraag

Je vais chez Zara pour acheter un nouveau _____ .
A
monde
B
sac

Slide 7 - Quizvraag

VOCABULAIRE
Vertaal het woord / de woorden tussen haakjes naar het Frans

Slide 8 - Tekstslide

Je vais découvrir le nouveau (winkelcentrum)

Slide 9 - Open vraag

Ma sœur Rosa et moi, nous sommes aux Champs-Élysées pour (winkelen).

Slide 10 - Open vraag

Aujourd’hui, elle porte (een jurk) blanche.

Slide 11 - Open vraag

BIJVOEGLIJK NAAMWOORD
Kies juiste vorm van het bijvoeglijk naamwoord 
tussen haakjes

Slide 12 - Tekstslide

Panoramix a les cheveux (gris).
A
gris
B
griss
C
grise
D
grises

Slide 13 - Quizvraag

Il porte une ceinture (vert).
A
vert
B
verts
C
verte
D
vertes

Slide 14 - Quizvraag

et des chaussures (bleu).

A
bleu
B
bleus
C
bleue
D
bleues

Slide 15 - Quizvraag

Falbala et Bonemine sont de très (beau) femmes.
A
beau
B
beaux
C
belle
D
belles

Slide 16 - Quizvraag

FUTUR PROCHE
Zet het werkwoord (zie pijl) in de futur proche

Slide 17 - Tekstslide

Nous visitons le parc Astérix.

Slide 18 - Open vraag

Vous achetez des billets.

Slide 19 - Open vraag

Tu trouves l’entrée du parc?

Slide 20 - Open vraag

Mes parents détestent l’attraction.

Slide 21 - Open vraag

GETALLEN T/M 2000
Vul het getal in cijfers in

Slide 22 - Tekstslide

mille quarante-cinq

Slide 23 - Open vraag

deux cent trois

Slide 24 - Open vraag

quatre-vingt-treize

Slide 25 - Open vraag

PHRASES-CLÉS
Vertaal de zinnen in het Frans

Slide 26 - Tekstslide

Wat vind je van mijn rok?

Slide 27 - Open vraag

Hoeveel kost het?

Slide 28 - Open vraag

Hij heeft blauwe ogen.

Slide 29 - Open vraag

Hij draagt graag een zwarte spijkerbroek.

Slide 30 - Open vraag

Wat is dat?

Slide 31 - Open vraag