Spelling blok 3 en 4

Spelling & werkwoordspelling 
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Spelling & werkwoordspelling 

Slide 1 - Tekstslide

DOEL
  • Ik kan de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd en verleden tijd goed spellen; 
  • Ik kan het voltooid deelwoord goed spellen; 
  • Ik kan meervoudsvormen goed spellen
  • Ik kan samenstellingen goed spellen
  • Ik kan bijvoeglijk naamwoorden goed spellen.

Slide 2 - Tekstslide

Wat is de spelfout?

Slide 3 - Tekstslide

Noteer de spelfouten & verbeter ze!

Slide 4 - Open vraag

Hoort een apostrof in de volgende zin?
Veel vmboers gaan na de middelbare school naar het mbo.
A
ja
B
nee

Slide 5 - Quizvraag

De ... betaling kwam erg laat binnen.
A
verwachte
B
verwachtte

Slide 6 - Quizvraag

tarwe+bloem

Slide 7 - Open vraag

Is het ideën of ideeën?
A
ideën
B
ideeën

Slide 8 - Quizvraag

Vul het juiste antwoord in.
Zijn ouders verhuis_en toen hij twee jaar was.

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Tekstslide

Noteer de spelfouten & verbeter ze!

Slide 11 - Open vraag

Hoort een apostrof in de volgende zin?
Mijn zus heeft een babytje gekregen.
A
ja
B
nee

Slide 12 - Quizvraag

zon+stelsel
A
zonnestelsel
B
zonnenstelsel
C
zonstelsel

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Tekstslide

Wat is hier zeer waarschijnlijk fout?

Slide 15 - Open vraag

Vul het juiste antwoord in.

Gelukkig was je goed verzeker_ .

Slide 16 - Open vraag

Is het genieën of geniën?
A
genieën
B
geniën

Slide 17 - Quizvraag

kat+bak
A
katbak
B
kattebak
C
kattenbak
D
kattensbak

Slide 18 - Quizvraag

Vul het juiste antwoord in.
Het is jammer dat mijn baas het personeel niet vertrouw_

Slide 19 - Open vraag

Vul aan:
Ik ben .. pen kwijt.
A
me
B
mn
C
m'n

Slide 20 - Quizvraag

Vul het juiste antwoord in.

De voetballer mis_ gisteren iedere kans.

Slide 21 - Open vraag

Zij zijn de enige(n) die niet geleerd hebben voor de toets.
A
enigen
B
enige

Slide 22 - Quizvraag

persoonsvorm tt. Vul het juiste antwoord in.

Cancel.. hij nu alweer de afspraak?

Slide 23 - Open vraag

Slide 24 - Tekstslide

Wat is hier zeer waarschijnlijk fout?

Slide 25 - Open vraag

station+plein
A
stationplein
B
stationsplein

Slide 26 - Quizvraag

Persoonsvorm tt. Vul het juiste woord in.

Het vliegtuig lan_ morgen.

Slide 27 - Open vraag

Slide 28 - Tekstslide

Verbeter de spelfout

Slide 29 - Open vraag

Het ... vliegtuigje.
A
papier
B
papiere
C
papieren

Slide 30 - Quizvraag

mening+verschil
A
meningverschil
B
meningsverschil
C
meningssverschil

Slide 31 - Quizvraag

Slide 32 - Tekstslide

Noteer de spelfout(en) & verbeter ze!

Slide 33 - Open vraag

Een ... trapje.
A
aluminium
B
aluminiume
C
aluminiumen

Slide 34 - Quizvraag

Slide 35 - Tekstslide

Noteer de spelfout(en) & verbeter ze!

Slide 36 - Open vraag

persoonsvorm tt. Vul het juiste antwoord in.

Bestee_ jouw broer echt zoveel geld aan games?

Slide 37 - Open vraag

Ze droeg twee pant.. over elkaar vanwege de kou.
A
ies
B
ys
C
y's

Slide 38 - Quizvraag

Vul het juiste antwoord in.

Verbind(t) de twee stroomdraden met elkaar.

Slide 39 - Open vraag

Persoonsvorm vt. Vul het juiste antwoord in.

Na een ernstig ongeluk belan_ onze buurvrouw in het ziekenhuis.

Slide 40 - Open vraag

Vul het juiste antwoord in.

Dat kos_e hem wel erg veel moeite.

Slide 41 - Open vraag

Vul het juiste antwoord in.

De chef verboo_ mijn moeder vrij te nemen.

Slide 42 - Open vraag

Vul het juiste antwoord in.

Monique heeft haar werk verwaarloos_

Slide 43 - Open vraag

Einde!

Slide 44 - Tekstslide