Les 11 - V4sptl2 - Mejorar la comida y la bebida

1 / 31
volgende
Slide 1: Video
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Objetivo de la clase

Al final de la clase has mejorado el texto sobre la comida y la bebida

Slide 2 - Tekstslide

La clase anterior
Hoe kan je van de tekst van je presentatie een samenhangend geheel maken?
Kan je een voorbeeld geven?
Hoe moet je de "llevábamos'' uitspreken?
Estabámos en Buñol para / por celebrar La Tomatina
Wat zijn ''de vrouwen'' in het Spaans? En ''de mannen''?
Waarom is de volgende zin niet goed?
La gente llevaban ropa tradicional.

Slide 3 - Tekstslide

Los deberes para hoy

Slide 4 - Tekstslide

Feedback de la profe

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Explica la diferencia entre "a" y ''en"

Slide 7 - Open vraag

A
EN
in
op
Geeft richting aan
Geeft een vaste plaats aan
Voy . . . pie al cole.
Voy . . . bici al cole.
ir + . . .
estar + . . .

Slide 8 - Sleepvraag

Vuestros errores

Slide 9 - Tekstslide

Mejorar el texto sobre la comida y la bebida
Wanneer is deze tekst okay?
  1. Heb je een bruggetje gemaakt (of inleidende zin) als je over het eten gaat vertellen?
  2. Heb je verteld wat de Spanjaarden aten tijdens het feest?
  3. Heb je verteld wie er dit gerecht hebben klaargemaakt?
  4. Heb je verteld waar zij dit aten?(op straat, thuis, ergens anders?)
  5. Heb je verteld of het een typisch gerecht is voor dit feest of deze streek?
  6. Heb je uitgelegd welke ingrediënten erin zitten?
  7. Heb je het geproefd / gegeten? Vond je het lekker? Waarom (niet)? (estar rico/a)
  8. Als je geen fouten maakt in de concordantie.
  9. Als je de juiste verleden tijd hebt gebruikt.
  10. Als je tekst samenhangend is met voegwoorden of opsommingswoorden.
  11. Was er muziek?
  12. Welke instrumenten werden gebruikt?
  13. Zongen de mensen?
  14. En jullie? Wat hebben jullie gedaan?
  15. Geen filmpje laten zien ajb,  wel foto's met jou erbij.

Slide 10 - Tekstslide

Escribir texto de tu presentación
Música y baile
  1. Dansten de mensen tijdens het feest?
  2. Was dit een traditionele dans? (naam van die dans)
  3. Was er muziek?
  4. Welke instrumenten werden gebruikt?
  5. Zongen de mensen?
  6. En jullie? Wat hebben jullie gedaan?
  7. Geen filmpje laten zien ajb,  wel foto's met jou erbij.

En español
timer
8:00

Slide 11 - Tekstslide

Fin de la presentación
Tu opinión en español
Vertel uitgebreid hoe je het feest vond. Leg uit waarom.
Minimaal 50 woorden. Gebruik je woordenlijst ''opinión'' in de reader.
Makkelijke zinnen, alsof je het een kind van 3 vertelt.
Preguntas
Bedenk 3 vragen voor de klas, om te checken of ze goed hebben opgelet.



En holandés
timer
8:00

Slide 12 - Tekstslide

Fin de la presentación
Tu opinión en español
Vertel uitgebreid hoe je het feest vond. Leg uit waarom.
Minimaal 50 woorden. Gebruik je woordenlijst ''opinión'' in de reader.
Makkelijke zinnen, alsof je het een kind van 3 vertelt.
Preguntas
Bedenk 3 vragen voor de klas, om te checken of ze goed hebben opgelet.



En español
timer
8:00

Slide 13 - Tekstslide

Un poco de grámatica - 2

Escucha bien el vídeo

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

¿Cuándo se usa por?
¿Cuándo se usa para?

Slide 16 - Open vraag

Concordancia
Lidwoorden en bijvoeglijke naamwoorden passen zich in getal en geslacht aan aan het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort.
Kan je een voorbeeld geven?

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

timer
5:00

Slide 27 - Tekstslide

Concordancia
woorden op -ión altijd vrouwelijk
woorden op -ad altijd vrouwelijk
woorden op -e altijd manndelijk
Uitzondering: la mano
Slides 21 t/m 31

Slide 28 - Tekstslide

Escribir texto de tu presentación
Tu opinión
Vertel uitgebreid hoe je het feest vond. Leg uit waarom. 
Minimaal 50 woorden. Gebruik je woordenlijst ''opinión'' in de reader.

Preguntas
Bedenk 3 vragen voor de klas, om te checken of ze goed hebben opgelet.



Slide 29 - Tekstslide

Habla con tu compañero
1. ¿Estás contento con tu trabajo de hoy?
2. Explica porqué (no).
3. ¿Es difícil escribir en español para ti?
4. ¿Qué es difícil?

Slide 30 - Tekstslide

Los deberes para el viernes

Slide 31 - Tekstslide