In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Hoofd, romp, armen en benen
Slide 1 - Tekstslide
Vorige week...
Zijn er nog vragen over de lesstof van afgelopen week?
Vraag over injectie in de spier...?
Slide 2 - Tekstslide
Vandaag
Hoofd
Romp
Armen-benen
Gewrichten
Verwerkingsopdracht
Slide 3 - Tekstslide
Wat is een ander woord voor armen en benen?
A
Collum
B
Extremiteiten
C
Ligamenten
D
Proximaal
Slide 4 - Quizvraag
De pijpbeenderen van de onderste extremiteiten zijn?
A
dijbeen, spaakbeen en kuitbeen
B
ellepijp, spaakbeen en opperarmbeen
C
opperarmbeen dijbeen en scheenbeen
D
dijbeen, scheenbeen en kuitbeen
Slide 5 - Quizvraag
Bij endorotatie van een arm, draait de arm ....
A
naar binnen
B
naar buiten
C
naar boven
D
naar onder
Slide 6 - Quizvraag
Als iemand een lumbale dwarslaesie heeft kan hij nog wel zijn armen bewegen.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 7 - Quizvraag
Aan welke arm meet je de bloeddruk het liefst?
A
dominante arm
B
niet-dominante arm
Slide 8 - Quizvraag
Botten van het hoofd
Slide 9 - Tekstslide
Schedel van een baby
Slide 10 - Tekstslide
Wervelkolom
7 halswervels (C1 t/m C7)
12 borstwervels (T1 t/m T12)
5 lendenwervels (L1 t/m L5)
Heiligbeen (S1 tm S5)
Staartbeen (drie vergroeide wervels)
Tussen de wervels bevinden zich de
tussenwervelschijven (zorgen voor flexibiliteit)
Functie: Stevigheid, stabiliteit, bescherming
Beweging romp en hals
Schokken opvangen door geleiachtige kern +
Lordose (hol) en kyfose (bol)
Slide 11 - Tekstslide
Spieren van
de rug
Zorgen voor stabiliteit
Bewegingsvrijheid
Houding
Slide 12 - Tekstslide
De romp -
Ribbenkast
Slide 13 - Tekstslide
Het schoudergewricht
Het schoudergewricht vormt
de verbinding tussen de
schoudergordel en de arm.
Het schoudergewricht is een
kogelgewricht.
Slide 14 - Tekstslide
Spieren rondom het schoudergewricht
Banden en spieren rondom het
gewricht, zoals de deltaspier
(m. deltoideus), de grote borstspier
(m. pectoralis major) en de biceps
zorgen ervoor dat de arm niet uit
de kom glijdt.
Slide 15 - Tekstslide
Het ellebooggewricht
Is een scharniergewricht. In een scharniergewricht zijn maar in één vlak bewegingen mogelijk: buigen (flexie) en strekken (extensie).
Slide 16 - Tekstslide
Aan de binnenzijde van de elleboog loopt een zenuw. Deze zenuw kan worden geprikkeld wanneer je je elleboog stoot. Dat voel je als een felle prikkeling of pijnstoot naar je pink. Hoe heet dit?
A
Staartbotje
B
Reflex
C
Zenuwpijn
D
Telefoontje
Slide 17 - Quizvraag
Het polsgewricht
Het polsgewricht bestaat uit de
uiteinden van de onderarmbotten
en de eerste rij van de
handwortelbeentjes. Vooral het
spaakbeen maakt contact met de
handwortelbeentjes. Om het
polsgewricht zitten stevige
gewrichtsbanden.
Slide 18 - Tekstslide
Het heupgewricht
Is een kogelgewricht. De dijbeenhals
(collum femoris) is het smalle stuk
tussen de kop en de schacht van het
dijbeen (femur). Breuken van de
dijbeenhals (‘gebroken heup’) komen
vooral bij ouderen voor.
Slide 19 - Tekstslide
Kniegewricht
Het kniegewricht verbindt het dijbeen met het scheenbeen in het onderbeen.
Slide 20 - Tekstslide
Het enkelgewricht en de voet
Het enkelgewricht bestaat
uit de uiteinden van het
scheenbeen en kuitbeen
en de voetwortelbeentjes.
Aan de zijkanten, voor en
achter zitten banden. Meestal
worden met de enkelbanden
de banden aan de zijkanten bedoeld.
Slide 21 - Tekstslide
Elleboog
Pols
Heup
Ellepijp - Spaakbeen
Duim - Handwortelbeentje
Slide 22 - Sleepvraag
Hoe sta je ervoor? Heb je extra uitleg nodig bij een onderwerp?