verteringsstelsel

Verteringsstelsel 
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieBasisschoolGroep 6-8

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Verteringsstelsel 

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Wat ga je leren

  • Hoe je eten doorslikt
  • Waar je eten langs gaat
  • Hoe en waar je eten verteerd wordt
  • Hoe de voedingstoffen in je bloed komen

Slide 2 - Tekstslide

Torso:
Torso - romp 

Geen ledematen 
(wat zijn dat?)

Slide 3 - Tekstslide

Veteringsstelsel 
Organen werken vaak samen aan dezelfde taak
 Bijvoorbeeld om je eten te verteren.

Mond
Slokdarm
Lever
Maag
Alvleesklier
Dunne darm
     Dikke darm

Slide 4 - Tekstslide

Hoe wordt je eten verteerd?
  • Voedingsstoffen moeten naar de organen. 
  • Kan alleen via het bloed 
  • Water, mineralen en vitamines kunnen direct het bloed is (zijn klein) 
  • Eiwitten, vetten en koolhydraten moeten eerst verteerd worden 
  • Kleiner maken van voeding -> vertering

Slide 5 - Tekstslide

Voedsel verteren vanaf je mond 
Eten doorslikken: 
  • Tanden: van het eten happen 
  • Kiezen: fijn malen 
  • Speeksel: veranderd het in een                                       voedselbrij 
  • Tong: duwt het richt keelholte 
  • Dan slik je het door

Slide 6 - Tekstslide

Route
  • Mondholte 
  • Slokdarm 
  • Maag 
  • 12-vingerige darm 
  • Dunne darm 
  • Dikke darm
  • Endeldarm 

Slide 7 - Tekstslide

Peristaltische bewegingen
Voedsel wordt voortgeduwd door spierbewegingen

Slide 8 - Tekstslide

Verteringsappen
De vertering gebeurt met behulp van verteringssappen. Speeksel en maagsap zijn voorbeelden van verteringssappen. 

 De verteringsklieren bij de mens zijn:
• de speekselklieren
• de maagsapklieren
• de lever
• de alvleesklier
• de darmsapklieren


Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Dunne darm
  • Voedingsstoffen gaan door de darmwand 
  • Daarna komen ze in de bloedvaten 
  • Bloed vervoert de voedingsstoffen naar de organen 

Slide 12 - Tekstslide

Dikke darm
  • Wat niet verteerd kan worden komt hier 
  • Zoals water en onverteerbare stoffen zoals voedingsvezels(zit in  groente en fruit) 
  • Haalt water uit de voedselbrij 
  • Naar endeldarm 
  • Ontlasting (POEPEN)

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Zetmeel practicum

Slide 15 - Tekstslide

Wat is Zetmeel?

Zetmeel is een vorm van koolhydraten

Slide 16 - Tekstslide

Waar vinden we zetmeel?

Planten slaan zetmeel op in wortels, vruchten, zaden, enz. 

Slide 17 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
Zetmeel kun je aantonen met joodoplossing (jodium). Zo'n aantoonstof noem je een indicator. Joodoplossing is dus een indicator voor zetmeel.
De joodoplossing kleurt blauwzwart als er zetmeel aanwezig is.

Slide 18 - Tekstslide

WAT HEBBEN WE  NODIG?
5 voedingsmiddelen

Joodoplossing in een flesje met een druppelpipet

Slide 19 - Tekstslide

WAT NEEM JE WAAR?
Voedingsmiddel 
Is het blauwzwart geworden?
Zit er  zetmeel in?
Brood
JA/NEE
JA/NEE
Melk 
JA/NEE
JA/NEE
Aardappel
JA/NEE
JA/NEE
Kaas
JA/NEE
JA/NEE
Peer
JA/NEE
JA/NEE

Slide 20 - Tekstslide

Werking van speeksel
Lees de stappen op het blaadje goed door.

Dit practicum klassikaal doen.
LET OP: nergens aanzitten

Slide 21 - Tekstslide

Wat weet je nog ?


Puzzel 
Opdracht Torso

Slide 22 - Tekstslide