vrijdag 2-9-22

• NT2
• Middelbare school
• vmbo lwoo
• Leerjaar 1

Sporten 

Lezen

Woordenschat

het kind

• klein mens, van 0 tot ongeveer 14 jaar
• het kind -  de kinderen
• het kind <---> de volwassene
• zin: De kinderen spelen buiten. 

de klas

• groep leerlingen die naar een school gaat
• de klas - de klassen
• zin: Onze klas heet 2F. 

koken

• warm eten maken
• werkwoord
• ik kook - wij koken
• zin: De rijst moet ongeveer 10 minuten koken. 
• zin: Ik houd van koken, dat is mijn hobby.

komen

• werkwoord
• ik kom - wij komen
• naar deze plaats gaan
• zin: Ik kom morgen niet op school want ik heb een afspraak.
• komen uit
• zin: Waar kom jij vandaan? Ik kom uit Noorwegen. 

kort

• kort <---> lang
• zin: Wat is je haar kort! Ben je bij de kapper geweest?
• weinig tijd
• zin: Hij is nog maar kort in Nederland. 

kunnen

• werkwoord
• ik kan -  wij kunnen
• iets moeilijks zelf goed doen
• zin: Ik wil graag op zwemles want ik kan nog niet zwemmen.
• mogen
• zin: Kan ik jouw potlood even lenen?
• zin: Hoe kan dat nou? Ik begrijp het niet! 

laatst

• later dan anderen
• laatste <---> eerste
• zin: Hij gaat het laatst naar bed.
• korte tijd geleden 
• zin: Zij is laatst met de trein naar Amsterdam geweest.

lang

• groot, hoog
• lang <---> kort
• zin: Wat een lange man! Hij is wel 2 meter!
• zin: Mijn kamer is 4 meter lang.
• veel tijd
• zin: Hij is al lang in Nederland.

de leerling

• iemand die naar school gaat
• de leerling -  de leerlingen
• zin: In klas 2F zitten vijftien leerlingen. 

Pauze tot 10.30 u

Woorden herhalen

• de achternaam
• altijd
• het antwoord
• belangrijk
• bijna
• bijvoorbeeld
• de broer
• de club
• de dag 

• dansen
• de deur
• direct
• de docent
• doen 
• elkaar 

• Schrijf de woorden uit je hoofd op
• Help elkaar in een groepje
• Controleer de woorden 

Toets thema 2 week 1

Pauze tot 12.40 u

Disk

Map

Kalender maken

Fijn weekend!