Meten & Meetkunde

• Rekenen
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

Meten & Meetkunde

Lengte- en oppervlaktematen

Lengte- en oppervlaktematen

Welke maten zijn gelijk?

450 hm²

62 cm

6,2 dam

3500 m

0,045 m²

3,5 km

450 cm²

6,2 dm

4,5 km²

6200 cm

Janne koopt de boekenkast hier rechts Haar oude boekenkast is 1,46 m breed.

Hoe groot is het verschil in breedte tussen de oude en nieuwe kast?

Tom gaat een muur van 50 dm bij 30 dm verven. 1 emmer verf is goed voor 500

Hoeveel emmers verf heeft hij nodig?

dm​2​​

Inhoudsmaten

Inhoudsmaten

1 dm³ = 1 L

Gewichtsmaten

1 ton = 1000 kg 

rijtje factor 10 met g en dan los ton = 1000 kg

Welke maten zijn gelijk?

3 dm³

35 g

3 m³

350 000 g

2500 mL

35 000 mg

0,003 dam³

0,35 ton

2,5 L

3000 mL

Hoeveel kubieke meter is de inhoud van deze container?

Hoeveel liter melk zit er in de maatbeker?

1. 6 L
2. 600 L
3. 0,6 L
4. 60 L

Oppervlakte & omtrek 

Oppervlakte & omtrek 

Oppervlakte = lengte x breedte

Oppervlakte & omtrek 

Oppervlakte = lengte x breedte

Oppervlakte = 20 x 15 = 300 m²

Oppervlakte & omtrek 

Oppervlakte = lengte x breedte

Oppervlakte = 20 x 15 = 300 m²

Omtrek = alle lengtes bij elkaar opgeteld

Oppervlakte & omtrek 

Oppervlakte = lengte x breedte

Oppervlakte = 20 x 15 = 300 m²

Omtrek = alle lengtes bij elkaar opgeteld

Omtrek = 20 + 15           Is dit compleet?

Oppervlakte & omtrek 

Oppervlakte = lengte x breedte

Oppervlakte = 20 x 15 = 300 m²

Omtrek = alle lengtes bij elkaar opgeteld

Omtrek = 20 + 15 + 20 + 15 = 70 m 

Wat is de omtrek van dit sportveld?

omtrek en opp omdraaien

Wat is de oppervlakte van deze kampeerplaats?

Tijd

Hoe zouden we de volgende opgave aanpakken?

210 minuten = . . . uur en . . . minuten

Week en interactie 

Tijd

Hoe zouden we de volgende opgave aanpakken?

210 minuten = . . . uur en . . . minuten

210 : 60 = 3,5 uur               3 hele uren

Tijd

Hoe zouden we de volgende opgave aanpakken?

210 minuten = . . . uur en . . . minuten

210 : 60 = 3,5 uur               3 hele uren

0,5 uur over              0,5 x 60 = 30 minuten

Tijd

Hoe zouden we de volgende opgave aanpakken?

210 minuten =  3  uur en  30  minuten

210 : 60 = 3,5 uur               3 hele uren

0,5 uur over              0,5 x 60 = 30 minuten

2 uur en 45 minuten = . . . minuten

Hoe laat is de cursus pottenbakken afgelopen?

Routes

Routes

Wat is het noordoosten?

A

C

D

B

C

D

Routes

Wat is het noordoosten?

NO

C

D

B

C

D

Routes

Wat is het noordoosten?

En de rest?

NO

C

D

B

C

D

Routes

Wat is het noordoosten?

En de rest?

NO

C

D

ZO

ZW

NW

Lidia vertrekt vanaf de bushalte naar de supermarkt:

1. Vertrek in zuidwestelijke richting

2. Neem de eerste straat rechts

3. Neem de eerste straat rechts

4. Neem de eerste straat links

5. Loop naar het einde van de straat

Welke kaart geeft de route van Lidia aan?

Mike loopt van de bushalte naar de bakker.

Welke route is juist?

1. .
2. .
3. .

Nog opgave zoals 14 toevoegen en iets waarbij de leerlingen onderscheid moeten maken tussen omtrek en opp en iets van opdracht 15