21220927 Van A2 naar B1 les 1

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 23 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Fietsen / boodschappen doen
Ik ga boodschappen doen. 
Ik fiets naar de winkel. 
Ik ben gevallen met de fiets. 
Mijn knie is geschaafd.
Mijn knie bloedt.
Mijn tas is gescheurd.
Alle boodschappen liggen op straat.


Alle boodschappen liggen op straat.

Slide 2 - Tekstslide

Ik ben gewond. 
Het doet erg zeer.
Ik heb pijn(aan mijn knie).
Mijn knie doet pijn; of: mijn knie doet zeer.

Slide 3 - Tekstslide

Geldzaken regelen

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Link

Oefening
Bestudeer de woordenlijst op bladzijde 151 en 152 in het boek en maak de oefening.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Scheidbare werkwoorden
Werkwoorden die je kunt scheiden.
U kunt het bedrag overmaken op onze bankrekening.
Ik maak het bedrag over op uw bankrekening.

Slide 8 - Tekstslide

Werkwoord + voorvoegsel
Overmaken              over + maken
Opnemen               op + nemen
Afrekenen               af + rekenen
Afsluiten               af + sluiten
Uitstappen              uit + stappen

Slide 9 - Tekstslide

Oefening 
Welke scheidbare werkwoorden kennen jullie nog meer?
Schrijf ze op.

Slide 10 - Tekstslide

Oefening 5 en 6
Vul de werkwoorden in de goede vorm in. 

Slide 11 - Tekstslide

Lezen tekst blz. 160
Waar of niet waar vragen
Meerkeuzevragen

Slide 12 - Tekstslide

De, het of er......
 A. Er staat een auto voor de deur.
B. De auto is van mijn buurman.

A. Er staan reizigers op het perron te wachten.
B. De reizigers wachten op de trein naar Amsterdam

Slide 13 - Tekstslide

De, het of er......
In zin A is het onderwerp nog "onbekend", het wordt voor de eerste keer genoemd. In zin B. weet je iets meer over het onderwerp, je gebruikt het lidwoord de of het

Slide 14 - Tekstslide

Oefening 9

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Oefening 10 (boek)
Kijk naar de tekening. Wat zie je? (2 zinnen)
1. Begin de eerste zin met er
2. Gebruik in de 2e zin de of het

Slide 19 - Tekstslide

Kies zelf een foto
Schrijf 4 zinnen over deze foto en lever de foto en de tekst in.

Slide 20 - Tekstslide

Verzekeringen
Er zijn veel verschillende soorten verzekeringen.
Oefening 11

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Link

Schrijven (huiswerk)
Beantwoord de volgende vragen:
1. Hoe is het systeem van verzekeringen in jouw land?
2. Hoe is het bankensysteem in jouw land?
3. Ben je verzekerd?
4. Welke verzekeringen heb je afgesloten?
Antwoord in hele zinnen!

Slide 23 - Tekstslide