Trappen van vergelijking 2 mavo

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Trappen van vergelijking

- goed, beter, best
- als / dan 

als / dan

Gebruik dan:

- wanneer er een verschil is in de zin: Ik ben slimmer dan jij.
                                                                 Deze school is kleiner dan die in Doetinchem.

Gebruik als:
Als iets hetzelfde is / bij net zo en even:  Ik ben net zo oud als jij.
                                                                                     Ik ben nu even ver als jij bent. 

Ik heb gisteren beter geleerd...vandaag.

1. als
2. dan

Hij is iets kleiner...ik.

1. als
2. dan

Ik kwam op dezelfde tijd op het feestje aan ... hij.

1. als
2. dan

jij jou mij ik?

TIP: MAAK DE ZIN IN JE HOOFD AF.

-Ik ben even groot als jou/jij?
In hoofd: Ik ben even groot als jij bent. 

-Ik heb dezelfde schoenmaat als haar/zij?

In hoofd: Ik heb dezelfde schoenmaat als zij heeft.

Marleen kan net zo goed zwemmen als (Marieke).

1. zij
2. haar

Tijdens voetbal was Joep sneller dan (Thijs).

1. hij
2. hem

Ik heb tijden de EK-poule tot nu toe meer punten als hij.

1. goed
2. fout

Tom heeft een duurdere zomervakantie geboekt dan Jan.

1. goed
2. fout

Ik heb qua films dezelfde interesse als mijn neef.

1. goed
2. fout

Ik ben groter dan hem.

1. goed
2. fout

Die ene leerling doet het voor wiskunde beter dan zij.

1. goed
2. fout