Herhaling begrippen HA klas 2, Boek ARTI 2.1, 2.2 en 7.3
Herhaling
Beeldaspecten en begrippen
H2 en H7
2.1 en 2.2 en 7.3
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
HandvaardigheidMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2
In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Herhaling
Beeldaspecten en begrippen
H2 en H7
2.1 en 2.2 en 7.3
Slide 1 - Tekstslide
Pak je boek
Lees H2 Architectuur §2.1 en §2.2 ( pagina 33 t/m 37)
en H7 Design §7.3 (blz. 108 en 109).
Leer de dik gedrukte woorden met betekenis!
Over 15 minuten krijg je een toetsje.
timer
15:00
Slide 2 - Tekstslide
De volgende vraag gaat over deze scooter ontworpen door Philippe Starck.
Slide 3 - Tekstslide
Wat voor soort vorm is dit?
A
Organisch
B
Geometrisch
Slide 4 - Quizvraag
De volgende vraag gaat over dit beeldje
Slide 5 - Tekstslide
Welk vormcontrast is dit?
Slide 6 - Open vraag
De volgende vraag gaat over dit gebouw: Een stationshal bij een luchthaven in Lyon
Slide 7 - Tekstslide
Hoe noemen we deze vorm?
A
Asymmetrisch
B
Symmetrisch
Slide 8 - Quizvraag
Sleep het juiste begrip naar het juiste plaatje
Organische vorm
A-symetrische vorm
Geometrische vorm
Symetrische vorm
Slide 9 - Sleepvraag
Wat is een skelet van een gebouw?
Slide 10 - Open vraag
Skeletbouw
Het gewicht van het gebouw wordt gedragen door een constructie van verticale kolommen en horizontale balken, bijvoorbeeld van staal. Dit skelet is nog steviger te maken door een diagonale balk (een schoor) toe te voegen. In deze bouwwijze hebben de muren en wanden geen dragende functie. De muren kunnen daardoor gemaakt worden van lichte materialen, zoals kunststof of glas. Als een gevel van een gebouw volledig uit glas bestaat wordt dit een vliesgevel genoemd.
Slide 11 - Tekstslide
Iemand die gebouwen ontwerpt noemen we een ...
A
bouwvakker
B
metselaar
C
makelaar
D
architect
Slide 12 - Quizvraag
Een samengestelde vorm is ...
Slide 13 - Open vraag
Hoe moeten de tandjes in een figuurzaag staan?
A
naar links
B
naar rechts
C
naar boven
D
naar beneden
Slide 14 - Quizvraag
Geef een voorbeeld van een open vorm
Slide 15 - Woordweb
Een constructie is
A
een muziekstuk
B
een vorm die uit onderdelen in elkaar is gezet
C
een foute Kersttrui
D
raam
Slide 16 - Quizvraag
De volgende vraag gaat over dit schilderij van Jackson Pollock
Slide 17 - Tekstslide
Is dit schilderij abstract of figuratief?
Slide 18 - Open vraag
De volgende dia gaat over dit schilderij
Slide 19 - Tekstslide
Is dit schilderij abstract of figuratief?
Slide 20 - Open vraag
Geef een ander woord voor ARCHITECTUUR
Slide 21 - Open vraag
Hoe noemen we een klein model van een gebouw?
Slide 22 - Open vraag
Hoe noemen we dit perspectief?
A
Lijnperspectief
B
Vogelvluchtperspectief
C
Kikvorsperspectief
Slide 23 - Quizvraag
Wat is de verzamelnaam voor alle voorwerpen die van gebakken klei zijn gemaakt.
Slide 24 - Open vraag
Hoe heet de klei waarmee we de vaas hebben gemaakt?
A
Rivierklei
B
Grove Chamotte klei
C
Fijne Chamotte klei
D
Zee klei
Slide 25 - Quizvraag
Hoe heet de techniek die we gebruikt hebben voor de vaas?