Tekstverbanden & signaalwoorden

Tekstverbanden & signaalwoorden
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Tekstverbanden & signaalwoorden

Slide 1 - Tekstslide

Waarom is het belangrijk dat je signalen opmerkt?
Bijvoorbeeld: een meisje kijkt hele tijd verliefd naar je of een lampje in je auto knippert rood

Slide 2 - Woordweb

Ook een tekst kan signalen afgeven


Met signaalwoorden leg je verbanden tussen zinnen en alinea's. Ze geven de lezer een 'signaal' (een teken) dat er een verband wordt gelegd. als je signaalwoorden verkeerd begrijpt zul je de tekst niet goed kunnen lezen. 

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen: 
  • Je weet wat het nut is van signaalwoorden 

  • Je kan voorbeelden benoemen van signaalwoorden en deze herkennen in een tekst

Slide 4 - Tekstslide

Signaalwoorden maken het lezen van een tekst makkelijker
A
Ja, want hierdoor breng je structuur aan in een tekst.
B
Nee, is gewoon een verzonnen term.
C
Geen idee
D
Maakt het uit? Ik lees toch nooit!!

Slide 5 - Quizvraag

Tekstverbanden zorgen voor:

samenhang

Voor logica van de ene zin naar de andere

Zo begrijp je sneller waar een tekst over gaat... scheelt heel wat kostbare tijd op een examen! 
 

Slide 6 - Tekstslide

Stappenplan
  1. Eerst moet je weten welke woorden een signaal afgeven
  2. Oefenen om deze woorden te vinden

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Wat als een stukje tekst signaalwoorden mist? 


Jan gaat binnenkort werken. Hij is klaar met zijn studie. Hij vond het studentenleven mooi. Er breekt een tijd aan van minder lol en meer structuur. De ex-student zal zijn studievrienden minder zien. We zullen hem niet zo vaak in de kroeg aantreffen. Er gaat veel veranderen in zijn leven.

Slide 9 - Tekstslide

Jan gaat binnenkort werken, want hij is klaar met zijn studie. Hij vond het studentenleven mooi, maar nu breekt een tijd aan van minder lol en meer structuur. Ook zal de ex-student zijn studievrienden minder zien. We zullen hem vast niet meer zo vaak in de kroeg aantreffen. Kortom, er gaat veel veranderen in zijn leven.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Ik wil graag een voldoende halen voor mijn tentamen Nederlands. Daarom wil ik nu al gaan beginnen met leren.
A
Tijd
B
Verklaring
C
Opsomming
D
Samenvattend

Slide 12 - Quizvraag

Een deel van de Nederlanders vindt dat Zwarte Piet moet veranderen naar Roetveegpiet. Een andere groep is daar echter op tegen!
A
Verklaring
B
Opsomming
C
Tegenstelling
D
Vergelijking

Slide 13 - Quizvraag

Morgen gaat het regenen en sneeuwen.
A
Opsomming
B
Oorzaak-gevolg
C
Vergelijking
D
Tijd

Slide 14 - Quizvraag

... ... in Amerika gaan ook in Europa steeds meer mensen naar fastfoodketens.
A
Dus
B
Want
C
Net als
D
Daarom

Slide 15 - Quizvraag

Mama heeft diverse schoenen, .... haar zwarte pumps
A
Daarom
B
Nadat
C
Omdat
D
Bijvoorbeeld

Slide 16 - Quizvraag

Schrijf een signaalwoord op

Slide 17 - Woordweb

Conclusie
  • Signaalwoorden waarschuwen je dat er iets gaat gebeuren. 
  •  Wie zich bewust is van signaalwoorden kan ze sneller uit een tekst halen.
  •  Je herkent inmiddels signaalwoorden en kan een paar benoemen.

Slide 18 - Tekstslide